Over de Sluiskiltunnel

Twee tunnels, één route, één beheerder

Op 23 mei 2015 is de Sluiskiltunnel opengesteld voor het verkeer. De doorstroming op de N62 is daardoor voor een belangrijk deel toegenomen. Voor de weggebruiker betekent dit een vlotte verbinding van Goes naar Gent, zonder wachttijden voor de brug bij Sluiskil.

 

De N.V. Westerscheldetunnel is op verzoek van de Provincie Zeeland beheerder van de Sluiskiltunnel. Een voor de hand liggende keuze om kennis en ervaring van deze organisatie in te zetten. In een aparte overeenkomst is vastgelegd dat het beheer en onderhoud en het verkeers- en incidentmanagement van de Sluiskiltunnel door de N.V. Westerscheldetunnel wordt uitgevoerd. Dat is niet alleen efficiënt, maar het geeft ook een vertrouwd gevoel.  

 

“Wij zijn één organisatie die straks twee tunnels beheert. Vanuit de centrale bedieningsruimte op het Tolplein houdt de operator beide tunnels en de toeleidende wegen in de gaten. Veiligheid staat hierbij voorop”, vertelt Harald Schoenmakers, algemeen directeur van de N.V. Westerscheldetunnel. “Het komt er in de praktijk op neer dat weggebruikers dezelfde service kunnen verwachten als bij de Westerscheldetunnel: 24 uur per dag, zeven dagen per week, een veilige, vlotte en comfortabele verbinding. Dit zie je terug in onze werkwijze. Krijg je pech in de Sluiskiltunnel, dan is er snel een tunnelwacht ter plaatse om je weer op weg te helpen. Hetzelfde wat je bij de Westerscheldetunnel gewend bent, nu ook bij de Sluiskiltunnel. En met een smile, natuurlijk.” Twee tunnels, één route, één beheerder. 

Sluiskiltunnelweetjes

  • De Sluiskiltunnel is 1330 meter lang (ruim 1,3 kilometer).
  • De Sluiskiltunnel is een autoweg met een maximumsnelheid van 100 km/u.
  • Het diepste punt ligt 34 meter onder N.A.P.
  • De twee tunnelbuizen hebben elk een diameter van 11 meter.
  • In elke tunnelbuis zijn twee rijstroken van 3,5 meter breed.
  • De Sluiskiltunnel is bestemd voor auto’s, motoren en vrachtverkeer. Landbouwverkeer gaat via de brug van Sluiskil.
  • Het voertuig mag niet hoger zijn dan 4,3 meter.
  • De in- en uitritten van de tunnelbuizen hebben een hellingsvlak van 4,5%.
  • De tunnel ligt onder het Kanaal van Gent naar Terneuzen.
  • Het tunneltracé is een onderdeel van de N62. Aan de westzijde van tunnel is de N61 bij Hoek aangesloten op de N62. Aan de oostzijde van het kanaal sluit de nieuwe weg aan op de N62 (Tractaatweg) richting België.
  • De tunnel ligt ongeveer 200 meter ten zuiden van de bestaande brug bij Sluiskil.
  • De totale lengte van het tunneltracé bedraagt circa 6 kilometer.
  • De tunnelwand is voorzien van 15.000 m² witte beplating.
  • De tunneloperator waakt 24 uur per dag.
  • Er zijn twee buizen met 6 dwarsverbindingen, om de 250 meter. 
  • Om de 50 meter is er een hulppost, in totaal zijn er 52 hulpposten.
  • Er zijn 35 camera’s, 24 ventilatoren, 52 ‘Alarm stap uit’-borden, 416 verlichtingspunten, 184 detectielussen in het asfalt en 104 luidsprekers van de omroepinstallatie.
  • 2% afsluitingen vanwege bijvoorbeeld onderhoud of onverwachte gebeurtenissen, zoals ongelukken of voertuigen met pech.


Veelgestelde vragen

Algemene tunnelinformatie

  • Wat moet ik doen als ik de tunnel inrijd?

    1. Lichten aan
    2. Radio aan (de tunneloperator kan bij een calamiteit informatie geven via de radio. In de Westerscheldetunnel en Sluiskiltunnel kunt u naar de volgende radiozenders luisteren: Omroep Zeeland, NPO Radio 1, NPO Radio 2, NPO 3 FM, NPO Radio 4, Radio Veronica, Radio 538, Sky Radio, Q-Music, BNR Nieuwsradio, Radio 10, GO-FM, VRT Radio 1, VRT Radio 2, MNM en Studio Brussel. Via DAB+ zijn de volgende ensembles te beluisteren: Ensemble 9D-Z (Regionaal Zuid-West), Ensemble 11-A (Vlaams commercieel), Ensemble 11-C (Landelijk commercieel), Ensemble 12-A (Vlaams openbaar) en Ensemble 12-C (Landelijk publiek).)
    3. Volg de aanwijzingen op de matrixborden boven de weg
    4. Houd de maximumsnelheid aan
    5. Houd afstand
    6. Stop alleen in noodgevallen en keer niet om
    7. Vrachtwagens mogen niet inhalen
  • Hoe hard mag ik rijden in de tunnel?

    Zowel de Westerscheldetunnel als de Sluiskiltunnel zijn een onderdeel van de N62. De N62 is een autoweg. Dit houdt in dat er een maximumsnelheid geldt van 100 km/u, tenzij anders staat aangegeven.

    Let op! Sommige voertuigen mogen wettelijk gezien niet harder dan 80 km/u of 90 km/u. Dit geldt dan uiteraard ook in de beide tunnels.

  • Wat doet de N.V. Westerscheldetunnel om de snelheid op haar wegen te handhaven?

    De N.V. Westerscheldetunnel is de wegbeheerder en mag wettelijk gezien niet handhaven. Dit is een taak van de politie. De weggebruiker dient zich te houden aan de maximumsnelheid zoals deze staat aangegeven op de borden langs de kant de weg. Ook de signaleringsborden boven de rijbanen in de tunnel en langs het tracé dienen gerespecteerd te worden door de weggebruiker. Dit zijn geen adviessnelheden, het is de op dat moment geldende maximumsnelheid. Het is dan ook van belang dat de weggebruiker zich hieraan houdt voor zijn eigen veiligheid en die van medeweggebruikers. Een snelheidsbeperking geldt niet voor niets, bijvoorbeeld voor de het veiligstellen van een pechgeval.

  • Worden beide tunnels bewaakt?

    Vanuit de bedieningsruimte op het Tolplein (Borssele) houden de tunneloperators 24 uur per dag de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel, plus de toeleidende wegen in de gaten. Daarvoor hebben ze onder andere camera’s, sensoren in het wegdek, zichtmetingen en rookmelders ter beschikking. De tunneloperators kunnen op een reeks van beeldschermen de hele tunnel met al het verkeer volgen. Zij zien dus precies wie waar rijdt, of er rommel op de weg ligt, of een voertuig stilstaat et cetera. De tunneloperator is de eerste contactpersoon bij problemen. Via de intercom in de hulpposten, die je om de 50 meter in de tunnelwand aantreft, heb je directe verbinding met de tunneloperator. Indien nodig kan hij of zij de rijstrook waar je staat, afsluiten voor het verkeer of het tunnelverkeer helemaal stilleggen. Bij een hele grote calamiteit loodst de tunneloperator je naar de andere, veilige tunnelbuis via een van de dwarsverbindingen. De operator regelt het wegslepen van je voertuig bij pech of een ongeval en waarschuwt zo nodig de hulpdiensten (politie, brandweer, ambulance). 

  • Wat is een tunneloperator?

    Een tunneloperator is verantwoordelijk voor de veiligheid van de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel, onder andere door de bewaking en bediening van technische installaties. Daarnaast is de operator verantwoordelijk voor het verkeersmanagement, onder andere door het instellen van verkeerskundige maatregelen.

  • Welke radiozenders kan ik ontvangen in de tunnels?

    Je kunt onderstaande radiostations ontvangen in de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel. In geval van een calamiteit kan de tunneloperator op deze zenders inbreken.

     

    • Omroep Zeeland (87,9 mhz)
    • NPO Radio 1(104,4 mhz)
    • NPO Radio 2 (97,8 mhz)
    • NPO 3FM (99,8 mhz)
    • NPO Radio 4 (95,0 mhz)
    • Radio Veronica (103,3 mhz)
    • Radio 538 (102,4 mhz)
    • Sky Radio (101,9 mhz)
    • Q-Music (100,4 mhz)
    • BNR Nieuwsradio (91,5 mhz)
    • Radio 10 (93,0 mhz)
    • GO-FM (107,8 mhz)
    • VRT Radio 1 (BE) (95,7 mhz)
    • VRT Radio 2 (BE) (98,6 mhz)
    • MNM (BE) (101,5 mhz)
    • Studio Brussel (BE) (102,1 mhz)

     

    DAB+ – diverse zenders

    • Ensemble 9D-Z (Regionaal Zuid-West) 

    • Ensemble 11-A (Vlaams commercieel)

    • Ensemble 11-C (Landelijk commercieel)

    • Ensemble 12-A (Vlaams openbaar)

    • Ensemble 12-C (Landelijk publiek)

    Alle DAB+ zenders op een rij.

  • Hoe werkt het inbreken op radiozenders in de tunnel?

    In geval van een calamiteit kan de tunneloperator inbreken op alle radiozenders die te ontvangen zijn in de tunnel. De tunneloperator kan weggebruikers via de radio informeren over bijzondere omstandigheden, bijvoorbeeld een snel naderende ambulance. Veel autoradio’s zijn voorzien van RDS (Radio Data Systeem). Binnen dit RDS-signaal worden voor de luisteraar onmerkbaar een aantal communicatiesignalen verstuurd. Een voorbeeld hiervan is de naam van het radiostation of de naam van de artiest. Onderdeel hiervan is ook het TA (Traffic Announcement) en TP (Traffic Programme) signaal. Veelal worden deze signalen gebruikt om de radiouitzending of de CD-speler te onderbreken voor het doorgeven van verkeersinformatie. De tunneloperator maakt ook gebruik van deze RDS/TA/TP techniek.


    Problemen met ontvangen van deze signalen?
    Bij veel autoradio's kan naast het normale radiovolume apart het TA-volume ingesteld worden. Er kan dus sprake zijn van een TA-volume dat heel laag is ingesteld. Daarover wordt meestal uitleg gegeven in de handleiding van de autoradio.

     

  • Hoe zit het met de verlichting van beide tunnels?

    De verlichting van de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel voldoen aan de wettelijke Nederlandse normen, de eisen van de CEN (European Committee for Standardization) en het advies van de NSVV (Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde). Tunnels zijn er grofweg in twee verschillende soorten: daglicht- en nachttunnels. Dit is wettelijk bepaald en hangt af van de lengte van de tunnel. Voor korte tunnels geldt het daglichtconcept: de verlichting van deze tunnels is feller dan bij een nachttunnel, en zoveel mogelijk gelijk aan het licht buiten de tunnel. Een langere tunnel is gebaseerd op het nachttunnelconcept, deze tunnels zijn donkerder en gaan uit van een minimale hoeveelheid licht die nodig is voor een veilige verkeerssituatie. De Sluiskiltunnel is met een lengte van 1,3 kilometer een daglichttunnel, de Westerscheldetunnel is met een lengte van 6,6 kilometer ingericht als nachttunnel. Hoewel de verlichting van de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel in principe hetzelfde is, is de Sluiskiltunnel lichter omdat de tunnelwand is bekleed met witte panelen die het licht reflecteren.

     

    Aanpassingsvermogen van de ogen

    De lengte van de tunnel bepaalt het verlichtingsconcept. Dit heeft te maken met het aanpassingsvermogen van het menselijk oog. De ogen hebben namelijk tijd nodig om zich aan te passen aan veranderingen in verlichting. Bij de ene persoon duurt dit langer dan bij de andere. In een tunnel neemt de sterkte van de verlichting geleidelijk af tot het lichtniveau van de tunnel. Het menselijk oog heeft in een korte tunnel niet voldoende tijd om snel te schakelen tussen een lager verlichtingsniveau en de daglichtsituatie bij het in- en uitrijden van de tunnel. Daarom worden deze korte tunnels doorgaans fel verlicht, afgestemd op de lichtsterkte buiten de tunnel. Bij langere tunnels heeft het oog wel de tijd om langzaam te wennen en kan er een lagere lichtsterkte worden gehanteerd. Voor beide verlichtingsconcepten geldt dat bij het uitrijden van de tunnel de verlichting feller wordt, zodat je makkelijker went aan het daglicht.

     

    Andere verlichting
    In de tunnel zijn naast de ‘gewone’ rijwegverlichting ook andere lichtbronnen aanwezig. Denk bijvoorbeeld aan de verlichting van de nooddeuren, verlichting in de hulpposten en natuurlijk de verlichting van het overige verkeer. In de veiligheidsrichtlijnen van de tunnel is bepaald dat de noodvoorzieningen in de tunnel verlicht moeten worden. Uiteraard is in het verlichtingsconcept rekening gehouden dat deze overige lichtbronnen niet hinderlijk zijn voor het verkeer.

  • Waarom is de Westerscheldetunnel niet hetzelfde verlicht als de Sluiskiltunnel?

    De verlichting in de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel is in principe hetzelfde. De binnenzijde van de Sluiskiltunnel is echter afgewerkt met lichte panelen. Deze panelen reflecteren het licht en daardoor is de Sluiskiltunnel veel lichter dan de Westerscheldetunnel. Dit heeft te maken met de lengte van beide tunnels, en is wettelijk zo bepaald. Korte tunnels, zoals de Sluiskiltunnel worden ingericht volgens het daglichtconcept. Lange tunnels, zoals de Westerscheldetunnel, zijn ingericht volgens het nachttunnelconcept.

  • Kunnen bestuurders last hebben van flikkerende verlichting?

    Beide tunnels zijn voorzien van lichtbronnen aan het plafond. Dit wordt puntverlichting genoemd. Doordat de verlichting boven het wegdek hangt, kan dit in de auto worden ervaren als ‘flikkeren’. Om flikkerhinder bij 100 km/u (ook wel stroboscopisch effect genoemd) te voorkomen, moet een onderlinge afstand van 1,80 meter tot 11 meter tussen de lichtpunten vermeden worden. In het verlichtingsconcept van beide tunnels is hier rekening mee gehouden. Desondanks zijn er weggebruikers die soms, met name bij het inrijden van de tunnel, last hebben van flikkerende verlichting.  

  • Welke maatregelen zijn genomen qua verlichting bij het in- en uitrijden van de tunnel?

    Bij het inrijden van de tunnel wordt de eerste 350 meter de sterkte van de verlichting automatisch geregeld en aangepast op de lichtsterkte buiten de tunnel. Bij het inrijden van de tunnel wordt op een zonnige dag, met grote lichtintensiteit, de verlichting in de tunnel automatisch op vol vermogen gezet. In de donkere uren is de verlichting aan het begin van de tunnel zo veel mogelijk gedempt. Ook bij het uitrijden van de tunnel kan het verschil tussen de tunnelverlichting en het daglicht groot zijn. Afhankelijk van de lichtsterkte buiten, wordt de verlichting aan het eind van de tunnel weer feller. Verder zijn bij de tunneluitgangen anti-verblindingsschermen geplaatst, om verblinding door de zon te voorkomen. Een uitzondering hierop is de  tunneluitgang van de Oostbuis richting Borssele, hier heeft de weggebruiker geen last van verblinding door de zon.

     

  • Hoe zit het precies met hoogtedetectie?

    Alle voertuigen die hoger zijn dan 4 meter behoren tot de categorie ‘bijzonder transport’. Deze voertuigen hebben een ontheffing van de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) nodig om de weg op te mogen. Zodra deze dienst een vergunning heeft afgegeven krijgt de operator hiervan een afschrift. Daarnaast moet een chauffeur van een exceptioneel (vaak ook breedte) transport zich een uur van tevoren aanmelden bij de operator om gebruik te mogen maken van de tunnel. De reden hiervan is dat men zich kan voorbereiden op het eventueel (ten onrechte) afgaan van het hoogtedetectie alarm. Elk exceptioneel transport meldt zich nogmaals vijf minuten van te voren om te vragen of er nog bijzonderheden zijn.

     

    Te hoog voertuig
    Voertuigen hoger dan 4,30 meter kunnen en mogen geen gebruik maken van de Westerscheldetunnel om de veiligheid van de verkeersdeelnemers te kunnen waarborgen. Daarnaast is dit ook bedoeld om beschadigingen aan het tunnelinterieur te voorkomen. Maar wat gebeurt er als een te hoog voertuig de tunnel probeert in te rijden? Dan treedt een geautomatiseerd systeem in werking, waarbij verschillende maatregelen van kracht worden:

    • de verkeerslichten knipperen oranje;
    • het bord ‘te hoog voertuig’ wordt ingeschakeld;
    • de melding ‘te hoog voertuig’ wordt doorgegeven aan de operator.

    Een voertuig dat als te hoog wordt aangemerkt, moet zich melden bij de intercom voor contact met de operator. Deze intercom zit bij de slagboom naar de dienstweg. De operator legt uit dat het betreffende voertuig door de inmiddels geopende slagboom moet rijden om via die route het tracé te verlaten. Het kan niet zo zijn dat wordt besloten het voertuig alsnog door te laten (ook niet handmatig). Te hoog is te hoog.

     

    Wijze van detectie
    Of een voertuig te hoog is, wordt gemeten met twee hoogtedetectie-installaties voor de tunnel. De tunnelgebruiker passeert achtereenvolgens de zogenaamde zachte, en daarna de harde hoogtedetectie. Beide meetpunten bevinden zich aan weerszijden van de tunnel bij de tunnelinritten.

    De detectie-installatie in de portalen 1 en 6, bestaat uit een enkele hoogtedetector met in iedere rijstrook een lusdetector. Een lusdetector is een in het wegdek aangebrachte lus (draad) met als belangrijkste eigenschap dat het metalen voorwerpen kan registreren en melden. Er is sprake van een te hoog voertuig wanneer de hoogtedetector een melding én de lusdetector een bezetmelding geeft. Zodra deze signalen worden doorgegeven begint het knipperlicht oranje te knipperen en gaat een signaal naar de operator. Pas als ook de harde hoogtedetectie (de tweede) wordt aangesproken, wordt de tunnel afgesloten zoals eerder werd omschreven. De harde hoogtedetectie bestaat uit een dubbele hoogtedetector met ook weer in iedere rijstrook een lusdetector. Er is hier sprake van een hoogtedetectie wanneer minstens één van de hoogtedetectors wordt aangesproken in combinatie met één van de lusdetectors. Er is gekozen voor deze dubbele controle om te voorkomen dat er geen melding naar de operators gaat wanneer een detector kapot is.
     

    Waarom pas bij de tunnel
    Een veelgestelde vraag is waarom er pas op hoogte wordt gedetecteerd bij de tunnelinritten. Als je uit noordelijke richting naar de tunnel rijdt zou het bijvoorbeeld veel handiger zijn om op het Tolplein te worden gemeten. Nu passeer je eerst het Tolplein, waar je dus betaalt, om vervolgens geen gebruik te kunnen maken van de tunnel.

    De reden hiervoor is tweeledig. Allereerst heb je het kostentechnische verhaal. Op de plaats waar de hoogte van de voertuigen wordt gecontroleerd, moet aan te hoge voertuigen een terugkeerroute kunnen worden geboden. Bij de tunnelinritten zijn die er al, deze worden ook gebruikt als aanrijdroute voor de hulpdiensten. Als je de hoogtedetectie op het Tolplein aan zou leggen, moet hiervoor grond aangekocht worden, wegen aangelegd en viaducten gebouwd. Conclusie: een veel te dure investering. Een andere reden – en die is waarschijnlijk nog belangrijker – is dat er tussen het Tolplein en de tunnelinrit nog heel veel kan gebeuren. Het is immers een traject van 6 kilometer. Er kan tijdens de rit erheen altijd lading, een spanband of een zeil losschieten, wat voor een hoogtedetectie kan zorgen.

  • Mag ik als wielrenner door de Westerscheldetunnel fietsen?

    ‘’Is het mogelijk om een keer met een clubje door de Westerscheldetunnel te fietsen?’’ Dat is een vraag die regelmatig gesteld wordt door bijvoorbeeld toerfietsers. We snappen dat dit leuk kan zijn, alleen is het niet zo eenvoudig te regelen als je denkt.


    Dit heeft met twee dingen te maken. Het eerste is veiligheid. Bij toerfietsers hebben we te maken met meer risico’s dan met profwielrenners. Profs zijn het namelijk gewend om met hoge snelheid in groepen te fietsen. Toerfietsers zijn dat vaak niet gewend en ook loopt de gemiddelde snelheid en het niveau sterk uiteen.

     

    Afsluiting tunnel

    Dat brengt ons op punt twee: beschikbaarheid. De Westerscheldetunnel is een cruciale verbinding voor de regio, waarvoor geen direct alternatief aanwezig is. Als we de tunnel afsluiten, betekent dat voor klanten dus of wachten óf een lange omleidingsroute kiezen. Je komt dan al snel in de discussie of het plezier van de één opweegt tegen overlast voor de weggebruiker.  

    Bij profrenners is de ‘hinder’ vrij nauwkeuring in te schatten aan de hand van de gemiddelde snelheid en de duur van de benodigde afsluiting is beperkt vanwege de gemiddeld hoge snelheid. Bij toerfietsers ligt de gemiddelde snelheid veel lager en is er dus ook een veel langere afsluiting nodig. Dat betekent dus ook meer overlast voor de klant.

     

    En fietsen tijdens onderhoudsnacht?
    Misschien vraag je je af: kunnen we dan niet tijdens een onderhoudsnacht door de Westerscheldetunnel fietsen, want dan is er sowieso één buis gesloten? Dat is (helaas) geen optie. Tijdens een onderhoudsnacht wordt er in de tunnel gewerkt en wordt er ook met voertuigen gereden. Dan kunnen er geen fietsers door die buis. En de buis waar geen onderhoud plaatsvindt, moet bij een calamiteit in de onderhoudsbuis snel leeg gereden kunnen worden voor hulpdiensten. Dat gaat niet als de buis vol fietsers zit.

     

    Sportevenementen
    Zoals gezegd: het is dus niet eenvoudig te realiseren. Heel af en toe verleent de N.V. Westerscheldetunnel medewerking  aan professionele sportevenementen, zoals de Scheldeprijs in 2019. Dat zijn uitzonderingen waarvoor ook bepaalde regels van toepassing zijn.  

     

Veiligheid

  • Welke veiligheidsmiddelen zijn er in beide tunnels?

    1. Ventilatoren: Het koolmonoxidegehalte, de temperatuur en het zicht in de tunnel worden automatisch gemeten. Overschrijden de gemeten waarden de maximaal toegestane grens, bijvoorbeeld bij een verkeersopstopping, dan gaan de ventilatoren in de tunnel automatisch aan en verdrijven ze de uitlaatgassen. Bij brand blazen ze rook en gassen in de rijrichting weg.

    2. Constante radio-ontvangst: In de tunnel is er constante radio-ontvangst en kun je verschillende radiozenders luisteren. Hierdoor kun je bij incidenten via de radio berichten ontvangen van de tunneloperator. 

    3. 'Alarm-stap-uit’-borden: Bij incidenten, bijvoorbeeld een tunnelbrand, beslist de tunneloperator of automobilisten snel hun auto moeten verlaten en naar de andere tunnelbuis moeten. Zo ja, dan verschijnt op deze alarmborden het signaal 'Alarm-stap-uit'. Volg deze instructie altijd meteen op.

    4. Vluchtdeuren: In totaal heeft de Westerscheldetunnel 26 dwarsverbindingen, elke 250 meter één. In noodsituaties ontgrendelt de tunneloperator de vluchtdeuren van de dwarsverbindingen, zodat je naar de andere tunnelbuis kunt vluchten. In elke dwarsverbinding is een intercom, waarmee je direct met de operator kunt spreken.

    5. Camera's en omroepsysteem: Verkeersopstoppingen worden tijdig gesignaleerd door het detectiesysteem in het wegdek en camera's. Op basis  daarvan kan de tunneloperator verkeersmaatregelen treffen. Via de matrixborden boven de weg kan hij maximumsnelheden instellen, rijstroken afkruisen en waarschuwen voor personen op de rijbaan. Bij incidenten kan hij via het omroepsysteem de gebruikers waarschuwen.

    6. Hulpposten: In de tunnel is om de 50 meter een hulppost. Open je zo'n hulppost, dan krijgt de tunneloperator in de controlekamer een signaal en treedt de camera bij de hulppost automatisch in werking. Via de intercom in de hulppost kun je direct met de tunneloperator spreken. Verder hangt er een schuimblusser en een brandslang.

    7. Geluidssignaal: In een noodsituatie wordt in de Sluiskiltunnel tevens de gesproken tekst ‘uitgang hier’ in vier verschillende talen via de luidsprekers boven de vluchtdeuren omgeroepen. Zo vind je snel de dichtstbijzijnde vluchtdeur.
  • Wat doe ik bij pech in de tunnel?

    1. Zet je alarmlichten aan
    2. Ga uiterst rechts aan de kant staan
    3. Zet je motor af
    4. Roep hulp in via de intercom in een hulppost vóórbij uw voertuig
    5. Wacht aan de voorkant van de auto bij de betonnen vangrail op hulp
    6. Volg de instructies van de tunneloperator via de omroepinstallatie op
    7. Volg de instructies van het tunnelpersoneel ter plaatse op
  • Wat doe ik bij file in de tunnel?

    1. Zet je alarmlichten aan
    2. Volg de aanwijzingen op de matrixborden boven de weg
    3. Houd afstand, ook bij langzaam rijden of stilstaan
    4. Zet je motor af als je stilstaat
    5. Luister naar de boodschappen van de tunneloperator via de radio. 
    6. Volg de instructies van de tunneloperator via de omroepinstallatie
    7. Volg de instructies van tunnelpersoneel ter plaatse
  • Wat doe ik bij brand in de tunnel?

    1. Ga uiterst rechts aan de kant staan
    2. Zet je motor af en laat je sleutel in het contact zitten
    3. Verlaat je auto
    4. Roep hulp in via de intercom in een hulppost
    5. Indien mogelijk, blus de brand met de schuimblusser of brandslang uit een hulppost
    6. Volg de instructies van de tunneloperator via de omroepinstallatie
    7. Ga zo snel mogelijk via de dichtsbijzijnde vluchtdeur naar de dwarsverbinding. Daar is het veilig.
      Let op! loop altijd in de richting waar je vandaan kwam!
  • Mag een voertuig door de tunnel gesleept worden?

    Een voertuig mag door de Westerscheldetunnel gesleept worden, mits dit wordt gedaan met een sleepstang ofwel een andere vaste verbinding. Het slepen van een voertuig aan een touw is verboden.

  • Hoe veilig zijn de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel?

    Veiligheid heeft de hoogste prioriteit bij de N.V. Westerscheldetunnel. De Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel behoren dan ook tot de veiligste tunnels in Europa. Beide tunnels bestaan uit twee afzonderlijke tunnelbuizen met elk twee rijstroken. Er is dus geen tegemoetkomend verkeer. Dwarsverbindingen om de 250 meter garanderen in noodgevallen een veilige vluchtroute. Bovendien bevindt zich om de 50 meter een helder verlichte hulppost met schuimblusser, brandslang en intercom voor direct contact met de tunneloperator. De tunneloperator bewaakt beide tunnels 24 uur per dag vanuit de bedieningsruimte op het Tolplein, met behulp van moderne apparatuur, zoals camera's en diverse detectieapparatuur.

     

    Let op! Je eigen rijgedrag is medebepalend voor de veiligheid van jezelf en de andere weggebruikers.

  • Hoe zit het met de brandveiligheid?

    In Nederland geldt een standaardnorm die voorschrijft dat een tunnel voorzien moet zijn van hittewerende maatregelen, waardoor de tunnel weerstand kan bieden aan een brand van 2 uur met een maximale temperatuur van 1350°C. Zowel de Westerscheldetunnel als de Sluiskiltunnel voldoen aan deze norm. In beide tunnels zijn hittewerende maatergelen getroffen, waardoor de tunnel zijn sterkte bij brand behoudt.

    De manier waarop de hittewerende maatregelen is aangebracht, is in beide tunnels verschillend. De betonnen segmenten van de Westerscheldetunnel zijn afgewerkt met een hittewerende bekleding, deze is na de bouw aangebracht door middel van een speciale spuitmortel van 45 mm dik. Bij de Sluiskiltunnel zijn speciale hittewerende vezels direct verwerkt in de betonnen segmenten. 

  • Waarom worden er calamiteitenoefeningen gehouden?

    Een calamiteitenoefening wordt georganiseerd voor en door alle hulpdiensten (politie, brandweer, ambulances), zodat deze adequaat kunnen reageren als er daadwerkelijk een calamiteit plaatsvindt. De oefening vindt plaats op zowel de toeleidende wegen als in beide tunnelbuizen. De complete tunnel is dan afgesloten. De oefening wordt ruim van tevoren aangekondigd, zodat iedereen gelegenheid heeft om een alternatieve route te kiezen. Het is wettelijk verplicht om minimaal eens in de vier jaar een grootschalige calamiteitenoefening te houden. 

  • Wat doet de N.V. Westerscheldetunnel tegen winterse gladheid op de wegen?

    De wegbeheerders Rijkswaterstaat, Provincie Zeeland, Zeeland Seaports, het waterschap Scheldestromen en de N.V. Westerscheldetunnel werken samen in de gladheidbestrijding op de Zeeuwse wegen. Door de samenwerking hopen de beheerders een vlotte en veilige doorgang te bieden tijdens de wintergladheid. Het doel is uiteraard de veiligheid van de weggebruikers te verhogen. 

     

    Wanneer strooien de wegbeheerders?
    De wegbeheerders strooien ruim vóór dat het glad wordt. Om te bepalen waar en wanneer gestrooid moet worden, gebruiken ze een uitgebreid gladheidmeldsysteem dat dertig meetpunten heeft in Zeeland. Hier wordt de verwachte temperatuurdaling van het wegdek vergeleken met de luchtvochtigheid. Deze informatie wordt gecombineerd met weerkundige informatie om al vroeg vast te kunnen stellen of het glad gaat worden.

     

    Hoe strooien de wegbeheerders?
    Als blijkt dat er gestrooid moet worden, gaat er een seintje naar de locaties waar het zout ligt opgeslagen. De wegbeheerders komen dan direct in actie en sturen de strooiers op pad. Er kunnen maximaal zo'n zeventig strooiers vertrekken vanuit dertien steunpunten verspreid over Zeeland. De strooiactie kan op elk moment van de dag of nacht worden uitgevoerd. De van te voren vastgestelde routes worden eenmalig gestrooid. We gebruiken vochtig zout, dat aan het wegdek blijft plakken. Hierdoor kunnen we vooraf strooien zonder dat het zout wegwaait of van de weg wordt gereden. Een strooiactie duurt drie á vier uur. Het zout moet eerst ingereden worden, voordat het effect heeft. De strooiwagens worden via een volgsysteem in de gaten gehouden. Zo kunnen we zien welke wegen al gestrooid zijn.

     

    Sneeuw ruimen
    De wegbeheerders zetten bij hevige sneeuwval extra strooiers en ook sneeuwschuivers in. Hiervoor worden dezelfde vastgestelde wegen bereden. Bij langdurige sneeuwval en in dringende gevallen is het mogelijk dat andere wegen, die niet in de strooiroutes zijn opgenomen, ook worden schoongemaakt.

     

    Let op!
    Uiteraard blijft ondanks de gladheidbestrijding gelden dat weggebruikers hun eigen verantwoordelijkheid moeten nemen tijdens winterse omstandigheden. Dat betekent dat de snelheid en het gedrag in het verkeer aangepast moeten worden aan de omstandigheden. Gladheid veroorzaakt door sneeuwval is bijvoorbeeld niet volledig te voorkomen. Sneeuwruimen is pas mogelijk nadat de sneeuw gevallen is. Onze tunneloperators proberen zo snel mogelijk in te grijpen als dat nodig is. 24 uur per dag. Zij zetten ook de informatiepanelen langs de weg in om de weggebruiker over de toestand van de weg te informeren.

  • Komt het voor dat een voertuig met Adaptive Cruise Control (ACC) aan, ongewenst reageert in de tunnel?

    Het komt sporadisch voor dat de Adaptive Cruise Control van een voertuig onverwacht reageert op de schaduwwerking in de tunnel. In dat geval pikt het systeem een schaduw op, registreert dat er zich een obstakel op de weg bevindt en grijpt in door af te remmen. Indien de ACC in jouw voertuig dit gedrag vertoont, adviseren wij - voor ieders veiligheid - deze uit te zetten als je de tunnel passeert of contact op te nemen met je dealer.

  • Komt het voor dat een voertuig uitgerust met een automatisch remsysteem ongewenst reageert in de tunnel?

    Het automatische remsysteem (ook wel Forward Collision Mitigation System (FCM) of Automatic Emergency Braking (AEB) genoemd), werkt met sensoren, die aan de voorzijde van de auto bevestigd zijn. Het komt sporadisch voor dat de sensoren reageren op de schaduwwerking in de tunnel. In dat geval pikt het systeem een schaduw op, registreert een obstakel op de weg en grijpt in door af te remmen.

    Je kunt, afhankelijk van merk en type auto, de reactiesnelheid van het remsysteem bepalen door de stand aan te passen. Ook is het systeem volledig uitschakelbaar. Mocht jouw voertuig op de schaduwwerking van de tunnel reageren, dan adviseren we  - voor ieders veiligheid - deze uit te zetten als je de tunnel passeert of contact op te nemen met je dealer.

Informatie per voertuig

  • Kan elk voertuig gebruikmaken van beide tunnels?

    Alle voertuigen die 80 km/u kunnen en mogen rijden, kunnen gebruikmaken van de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel. Langzaam verkeer, zoals brommers, fietsers, brommobielen en voetgangers, mogen niet door deze tunnels rijden.

    Voor de oversteek van het Kanaal van Gent naar Terneuzen kan langzaam verkeer gebruik maken van de Brug bij Sluiskil.

    Voor de Westerscheldetunnel is er de procedure voor landbouwverkeer. Landbouwvoertuigen kunnen, na goedkeuring van de aanvraag voor een passage, 's nachts passeren. Verder rijden er verschillende buslijnen door de tunnel, hier kan zelfs een fiets meegenomen worden. 

  • Wat zijn de maximale afmetingen voor voertuigen?

    De maximale breedte en hoogte van een voertuig is 4,3 meter. Voertuigen breder dan 3 meter moeten een ontheffing aanvragen bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW). Dit kan online of via 0900-9739 (€ 0,10 per minuut).

  • Mogen gevaarlijke stoffen door de tunnel(s) vervoerd worden?

    Het vervoer van gevaarlijke stoffen is geregeld in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (WVGS) en in de Regeling Vervoer over Land van Gevaarlijke stoffen (VLG). Aan de basis van deze wetten staat de Europese overeenkomst voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg, het ADR. In het ADR staan veiligheidsvoorschriften voor allen die betrokken zijn bij het vervoer. Er zijn voorschriften voor de afzender, de geadresseerde, de belader, de verpakker, de vervoerder en voor de vuller.

    De Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel zijn beide een Categorie C tunnel. Dit betekent dat voertuigen met gevaarlijke goederen die een zware of zeer zware explosie of een omvangrijke ontsnapping van toxische stoffen kunnen veroorzaken geen gebruik mogen maken van deze tunnel.

     

    Kijk voor meer informatie op de website van de Inspectie Verkeer en Waterstaat. Meer informatie over de indeling van je lading staat op de 1000 punten tabel.

     

  • Waarom mogen vrachtwagens niet inhalen?

    Om de veiligheid voor alle weggebruikers te garanderen, is het voor vrachtwagens verboden om in te halen in beide tunnels. Zo is de kans op gevaarlijke situaties minder groot. De handhaving is voorbehouden aan politie en justitie.
    Bij de Westerscheldetunnel heeft de tunneloperator, op grond van de algemene voorwaarden, bij een overtreding de mogelijkheid om de bestuurder van het voertuig aan te spreken op het Tolplein of via de gegevens van de t-tag contact te zoeken.

  • Wat zijn de regels voor bijzonder transport?

    Al het vrachtverkeer breder dan 3 meter, langer dan 18 meter of bijzonder zwaar, dient om gebruik te maken van de tunnel, een vergunning aan te vragen bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW). Dit kan online of via 0900-9739.

     

    Instructie voor de Westerscheldetunnel:

    Je dient een uur voordat je bij de tunnel arriveert, contact op te nemen met de operator van de Westerscheldetunnel op het telefoonnummer: +31 (0) 88 996 9070.
    Voertuigen breder dan 3,5 meter dienen zelf transportbegeleiding te regelen. Dit is wettelijk verplicht.

    Alle voertuigen met een breedte vanaf 2,8 meter kunnen alleen gebruik maken van de buitenste tollanen, nummer 7. Deze rijbanen zijn breder dan de overige, en speciaal bedoeld voor bijzonder transport. Iedere rijbaan is voorzien van een intercom waarmee de chauffeur contact kan opnemen met de operator in de controlekamer.


    Indien het nodig is om verkeersmaatregelen te nemen, moet je je:
    - bij passage van noord naar zuid (van Zuid-Beveland naar Zeeuws-Vlaanderen): aan de uiterste rechterzijde van het tolplein (busbaan) opstellen en je via bovenstaand telefoonnummer aanmelden.
    - bij passage van zuid naar noord (van Zeeuws-Vlaanderen naar Zuid-Beveland): vóór het inrijden van de tunnel via het bovenstaande telefoonnummer aanmelden.

     

    Instructie voor de Sluiskiltunnel

    Je dient een uur voordat je bij de tunnel arriveert, contact op te nemen met de operator van de Westerscheldetunnel op het telefoonnummer: +31 (0) 88 996 9570.
    Voertuigen breder dan 3,5 meter dienen zelf transportbegeleiding te regelen. Dit is wettelijk verplicht.


    Indien het nodig is om verkeersmaatregelen te nemen, moet je je minimaal 5 minuten vóór het inrijden van de Sluiskiltunnel via bovenstaand telefoonnummer aanmelden.

  • Kan ik met een landbouwvoertuig door de tunnel?

    Let op! Voor de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel gelden verschillende voorwaarden.

    Langzaam verkeer mag niet door de Sluiskiltunnel, maar gaat via de brug van Sluiskil. 

    De Westerscheldetunnel heeft geen omleidingsroute en daarom is er een speciale regeling voor landbouwverkeer. Om gebruik te maken van de tunnel, moet je een passage aanvragen. Per
    voertuig wordt een bedrag van €15,- in rekening gebracht. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen verschillende categorieën.


    Meer informatie hierover vindt u hier.

    Het is verplicht om landbouwverkeer vooraf aan te melden. Dat doe je door dit document in te vullen en per mail te versturen. 

  • Welke buslijnen gaan door de Westerscheldetunnel?

    Door de Westerscheldetunnel rijden twee buslijnen. De route van deze twee buslijnen is als volgt: lijn 20 van Sas van Gent naar Goes, via Terneuzen, en lijn 50 van Hulst naar Middelburg, via Terneuzen. Deze buslijnen hebben een overstapplaats met wachtruimte op het Tolplein, nabij Borssele, en op het busstation in Terneuzen. Reizigers kunnen daar overstappen op regionale lijnen naar de verschillende gemeenten in Zuid-Beveland, Walcheren en Zeeuws-Vlaanderen. De bussen rijden overdag in principe met een frequentie van een half uur of een uur. Het transport door de tunnel is in de prijs van het busticket inbegrepen. De openbaar vervoerverbindingen worden geëxploiteerd door Connexxion.

     

  • Kan mijn (brom)fiets mee in de bus door de Westerscheldetunnel?

    Je kunt je (brom)fiets meenemen in de bus. Tijdelijk is het echter niet mogelijk. Door de coronacrisis neemt Connexxion helaas geen fietsen mee om zoveel mogelijk plaatsen in de bus vrij te houden voor reizigers. Lees meer

Beschikbaarheid

  • Wanneer kan ik door de tunnel?

    Praktisch altijd: in totaal is de tunnel ruim 98% beschikbaar voor een veilige, snelle en comfortabele passage. 24 uur per dag, zeven dagen per week. Om een zo hoog mogelijke beschikbaarheid te realiseren, wordt een efficiënt onderhoudsritme aangehouden en worden incidenten zorgvuldig en snel afgehandeld.

  • Hoe weet ik of er een stremming is?

    Wil je op de hoogte blijven van de beschikbaarheid van de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel? Installeer dan de mobiele app WSTVerkeer op je smartphone (Android en iOS) of tablet. Via deze app word je op de hoogte gehouden van de actuele verkeersinformatie. Je kunt zelf instellen op welke dagen en tijdstippen je informatie wilt ontvangen en voor welke tunnel en rijrichting. Daarnaast word je ook via onze website en het twitteraccount WSTVerkeer op de hoogte gehouden. Onderweg vind je uiteraard informatie op onze informatieborden langs de weg, de omroepinstallatie in de tunnel en de verkeersinformatie van Omroep Zeeland op je autoradio (87.9 FM).


    Voor de Westerscheldetunnel kun je jezelf daarnaast aanmelden voor de SMS- en e-mailalerts. Hiervoor dien je een account aan te maken bij 'Mijn Tunnel'. Klik hier voor een overzicht van middelen waarmee je altijd op de hoogte blijft.

  • Wanneer wordt besloten tot onaangekondigde afsluiting van de tunnel?

    N.V. Westerscheldetunnel heeft de plicht om de veiligheid van de tunnelgebruikers, de hulpdiensten en de eigen medewerkers te garanderen. Wanneer de veiligheid in gevaar komt, is tijdelijke afsluiting de enige optie. De keuze wordt zorgvuldig overwogen door ervaren en deskundige personen aan de hand van procedures. Die procedures zijn in overleg met gemeenten en hulpdiensten tot stand gekomen.

  • Zijn er ook vaste omleidingsroutes?

    Er zijn vastre omleidingsroutes die worden ingezet als de tunnel of een tunnelbuis  geblokkeerd is, bijvoorbeeld na een ongeval. Het betreffende U-nummer wordt dan gecommuniceerd en het verkeer dient de blauwe borden met het nummer te volgen om via de ingestelde omleiding alsnog op de bestemming te komen.

     

    Voor de Westerscheldetunnel: er zijn drie vaste omleidingsroutes, c.q. uitwijkroutes, gekoppeld aan de weg van de Westerscheldetunnel. Dat zijn U21 (richting Vlissingen-Antwerpen), U9 (richting Antwerpen-Vlissingen) en U10 (Calamiteitenroute DOW).

     

    Voor de Sluiskiltunnel: er is een vaste omleidingsroute over de brug van Sluiskil in geval van afsluiting van de Sluiskiltunnel. Deze zijn aangeduid in westelijke richting middels U65 (richting Hoek / Westerscheldetunnel) en in oostelijke richting middels U64 (richting Terneuzen / Gent).

  • Hoe zit het met het afkruisen van rijstroken?

    Als er een voertuig met pech in of net buiten de tunnel staat, wordt de rijstrook waarop het desbetreffende voertuig staat afgekruist. Op de andere rijbaan wordt een snelheidsbeperking ingesteld. Als er nog mensen in de tunnel lopen, geldt er een snelheidsbeperking van 50 km/uur. Staat er alleen een veiliggesteld voertuig, dan is er een snelheidsbeperking van 70 km/uur.

    Om filevorming te voorkomen is het vanuit de tunnelveiligheidswetgeving niet toegestaan om in een tunnel rijstroken te verminderen. Staat er dus een pechgeval in of net buiten de tunnel, dan wordt er voordat je de tunnel inrijdt één rijstrook afgesloten. In de wetgeving is het wel toegestaan om rijstroken te vermeerderen. Dus ben je voorbij het pechgeval, dan kunnen er weer twee rijstroken opengesteld worden.

  • Waarom wordt er 1 rijstrook afgesloten in de tunnelbuis, als het pechgeval pas ná de tunnel staat?

    Wanneer er een pechgeval aan het eind van de tunnelbuis of direct erbuiten, dan wordt er uit voorzorg één rijstrook afgesloten in de hele tunnelbuis. Dit wordt ook gedaan bij werkzaamheden. Het verkeer kan (meestal over de linkse rijbaan) passeren met een beperkte snelheid van 70 km/u. Het is vanuit de tunnelwetgeving niet toegestaan om in een tunnel rijstroken te verminderen. Dit omdat het invoegen van verkeer van twee naar één rijstrook gevaarlijke situaties kunnen ontstaan, zeker vanwege het snelheidsverschil tussen het langzamere vrachtverkeer en personenauto’s. Dit kan filevorming veroorzaken of een aanrijding. Bij file in de tunnel zijn wij verplicht om de tunnel te sluiten. Aangezien we dit voor willen zijn, sluiten we voor de tunnel één rijstrook af en wordt het verkeer rustig naar één rijbaan geleid. Zo kunnen we de verkeersdoorstroming waarborgen.

  • Waarom wordt de tunnelbuis afgesloten als iemand met een te hoog voertuig de tunnel in wil rijden?

    Het te hoge voertuig kan schade veroorzaken aan de tunnelinstallaties die bevestigd zijn aan het tunneldak. Dit kan gevaarlijke situaties opleveren voor het overige verkeer. Daarom wordt de tunnel uit voorzorg afgesloten. Voor de tunnelinrit is een detectiesysteem geïnstalleerd, dat te hoge voertuigen signaleert. Wanneer een te hoog voertuig passeert, sluit de slagboom voor de tunnelinrit automatisch. Via borden en het omroepsysteem wordt de chauffeur verplicht het tracé via aparte dienstwegen te verlaten. Wanneer de chauffeur toch probeert door te rijden, wordt de tunnelbuis voor het overige verkeer afgesloten en de tunneloperator schakelt de politie in. Het te hoge voertuig wordt tijdens de rit door de tunnel met de camera's gevolgd door de operator om te kijken of hij geen schade veroorzaakt. Na de tunnel wordt de chauffeur door de politie aangehouden en beboet. De boete voor een dergelijk "economisch delict" bedraagt minimaal € 700.

  • Hoe en wanneer wordt een auto met pech uit de tunnel gehaald?

    De tunneloperator regelt het snel en professioneel wegslepen van een voertuig. Als er plotseling een voertuig stil komt te staan, krijgt de tunneloperator een noodsignaal met het beeld van de precieze locatie. Zo ziet de operator meteen wat er aan de hand is. Direct plaatst hij een melding op de matrixborden in de tunnel. Boven de rijbaan waar de auto stilstaat komt een rood kruis te staan. Op de andere rijbaan geldt een snelheidslimiet van 50 km/u. De tunnelwacht van de N.V. Westerscheldetunnel komt zo snel mogelijk ter plaatse. Afhankelijk van het soort voertuig en de aard van een pechgeval wordt het voertuig door de tunnelwacht uit de tunnel weggesleept of door een bergingsbedrijf. Om veilig te kunnen werken, wordt de tunnelbuis bij het bergen volledig afgesloten. Voor de berging van een auto is dat maximaal een half uur.

  • Hoe en wanneer wordt een vrachtwagen met pech uit de tunnel gehaald?

    Een vrachtwagen met pech wordt altijd buiten de spitstijden geborgen door een erkende berger. Dit minimaliseert de verkeersoverlast. De spitstijden zijn doordeweeks van 06.00 tot 09.30 uur en van 15.00 tot 19.30 uur. Als een vrachtwagen binnen deze tijden met pech in de tunnel strandt, blijft de vrachtwagen staan, tot de spits is afgelopen. De tunnelbuis wordt dan met één rijstrook opengesteld voor het verkeer, wel geldt er een snelheidsbeperking van 70 km/u.  Zo kan het verkeer toch passeren. Deze maatregel is genomen, omdat het bergen van een vrachtwagen behoorlijk wat tijd kan kosten. Het is in de spits niet wenselijk om een tunnelbuis gedurende lange tijd af te sluiten als dat voorkomen kan worden.

    De tunnelbuis wordt voor het bergen van een vrachtwagen maximaal een uur afgesloten. Indien het bergen langer duurt, dan wordt de tunnelbuis korte tijd opengesteld om het wachtende verkeer te laten passeren. Daarna wordt de buis opnieuw afgesloten om verder te werken. 

    Uitzonderingen op bovenstaande procedure zijn gevaarlijk opgestelde vrachtwagens en vrachtwagens met gevaarlijke stoffen of levende have. De kosten van een berging komen voor rekening van het transportbedrijf.

  • Waarom moet de tunnelbuis dicht voor het bergen van een voertuig?

    Vanwege de veiligheid voor zowel de bestuurder en inzittenden als degene die het voertuig gaat bergen.

    N.V. Westerscheldetunnel heeft de plicht om de veiligheid van de tunnelgebruikers, de hulpdiensten en de eigen medewerkers te garanderen. Dat kan alleen door de tunnel tijdelijk af te sluiten. Gestrande auto’s worden direct geborgen, zowel in als buiten de spits. De betreffende tunnelbuis gaat hiervoor normaal gesproken maximaal een half uur dicht. Vrachtwagens worden altijd buiten de spits geborgen. Hiervoor gaat de tunnelbuis maximaal een uur dicht.

  • Wat is uitgesteld bergen?

    Een vrachtwagen met pech wordt altijd buiten de spits geborgen. Dit noemen we uitgesteld bergen. Het betekent dat het bergen niet tussen 06.00 en 09.30 uur ’s ochtends en 15.00 en 19.30 uur ’s avonds plaatsvindt. Een vrachtwagen die in de spits strandt, wordt door een tunnelwacht veiliggesteld met een pijlenwagen en pylonen. Het verkeer kan dan over één rijstrook passeren. Als de spits voorbij is, start de berging.
    Elke berging of poging daartoe duurt maximaal één uur, daarna wordt er minstens één rijstrook opengesteld. Tussen elke poging moet minimaal één uur zitten om de ontstane files weg te kunnen werken. Deze werkwijze geldt ook voor een ongeval waarbij meerdere voertuigen betrokken zijn.
    Gestrande personenauto’s worden direct geborgen, zowel in als buiten de spits, omdat dit relatief snel kan gebeuren. Voor het bergen van een voertuig gaat de betreffende tunnelbuis altijd dicht. Dit is vanwege de veiligheid voor zowel de bestuurder en inzittenden als de berger zelf.

  • Waarom wordt bij een incident in de tunnel geen tegenverkeer ingesteld?

    Het is wettelijk bepaald dat tegenverkeer (verkeer in beide richtingen door één tunnelbuis) in een tunnel niet is toegestaan vanwege de veiligheid. 

     

    De hoofdreden dat er geen tegenverkeer is toegestaan, komt door de werking van de ventilatie in de tunnel. In geval van brand of rookvorming wordt de ventilatie ingeschakeld in de rijrichting van het verkeer. De voertuigen die zich voor het incident bevinden, rijden gewoon de tunnel uit en hebben geen last van de giftige rook. Het verkeer achter het incident heeft die mogelijkheid niet. Door het inschakelen van de ventilatie in de rijrichting wordt de rook weggeblazen en bevinden ook deze personen zich in zuivere lucht. In een situatie van tegenverkeer in de tunnel heb je die mogelijkheid voor één van de twee richtingen niet. Daarom is het dus in principe niet toegestaan om tegenverkeer in te stellen in een tunnel.

     

    Bij de Westerscheldetunnel wordt op deze wetgeving een uitzondering gemaakt voor de situatie tijdens onderhoudswerkzaamheden in daluren (tussen 21.00 en 05.00 uur). Dit is vastgelegd in de Tunnelwet, vanwege het feit dat er beperkte omleidingsmogelijkheden zijn en de omleidingsroute via Antwerpen veel extra reistijd kost. Tijdens een incident buiten de daluren kan er per definitie geen tegenverkeer ingesteld worden, vanwege de veiligheid.

  • Waarom mag er geen file in een tunnel ontstaan?

    File in de tunnel is vanuit veiligheidsoverwegingen niet gewenst vanwege de manier waarop de ventilatie werkt. In geval van een incident met rookvorming wordt de ventilatie ingeschakeld in de rijrichting van het verkeer. Zo gaat de rook niet over de voertuigen heen, die achter het incident vaststaan en op dat moment geen kant op kunnen. Verkeer dat zich nog voor het incident in de tunnel bevindt, ervaart geen opstopping en kan de tunnel gewoon uitrijden, voordat de rook die kant op geblazen wordt.

     

    In geval van file zou in ieder geval een deel van de voertuigen voor het incident ook geen kant meer op kunnen en zouden deze voertuigen toch in de rook komen te staan. Daarom is het van belang om file in de tunnel te voorkomen en zal de tunneloperator bijvoorbeeld toeritdosering en/of een snelheidsbeperking instellen bij drukte.

  • Waarom wordt er geen blokverkeer ingesteld bij een lange stremming van een tunnelbuis?

    De NV Westerscheldetunnel heeft in 2012 uitgebreid onderzoek laten doen of het toepassen van blokverkeer door 1 tunnelbuis een mogelijke oplossing is bij file bij een langdurige stremming.

    Blokverkeer wil zeggen dat het verkeer afwisselend door één tunnelbuis gaat:  eerst wordt gedurende een bepaalde tijd de buis beschikbaar gesteld voor het verkeer in de ene richting, daarna gedurende een bepaalde tijd in de andere richting. Vanwege de lengte van de Westerscheldetunnel en de relatief lange tijd die nodig is om een richting “leeg” te rijden en dan de andere richting te laten rijden, zou er idealiter sprake moeten zijn van een situatie van minimaal 1 uur verkeer uit de richting Terneuzen en 1 uur uit de richting Borsele om het wachtende verkeer weg te kunnen werken. Dit zorgt echter in Zeeuws Vlaanderen voor problemen, omdat de verkeerssituatie in de stad Terneuzen dan ontwricht raakt, met name tijdens de spitsperioden. Zodoende blijft bij langere afsluitingen (langer dan 1,5 uur) alleen de mogelijkheid over om verkeer om te leiden via Antwerpen. 

    Voor het omleiden van het verkeer zet de NV Westerscheldetunnel borden boven en langs de wegen en slagbomen langs het tracé in. De omleidingen naar Antwerpen worden vanaf het tracé aangegeven met U-borden (U09 en U21). Daarnaast wordt gecommuniceerd via Twitter, de beschikbaarheidsapp WSTVerkeer, e-mail en SMS om weggebruikers op de hoogte te stellen en te houden. Ook op de hoogte blijven? Lees hier meer.

     

    Tegenverkeer (verkeer in beide richtingen door één tunnelbuis) is slechts bij uitzondering mogelijk. Lees meer.

     

  • Wat is tunneldosering en waarom wordt het toegepast?

    Tunneldosering is het gereguleerd toelaten van verkeer in de tunnel. Het verkeer wordt telkens met korte onderbrekingen in de tunnel toegelaten. De tunnel is hierdoor voor korte tijd afwisselend open en dicht.  Tunneldosering wordt toegepast vanuit veiligheidsoverwegingen om file in de tunnel te voorkomen. Dit zorgt ervoor dat er minder verkeer in de tunnel aanwezig is.

     

    File in de tunnel kan voorkomen worden doordat de tunneloperator tunneldosering instelt en/of een snelheidsbeperking toepast. Bij het inzetten van een snelheidsbeperking wordt de snelheid van het verkeer omlaag gebracht, waardoor er minder remmend verkeer in de tunnel ontstaat. Het verschil in snelheid tussen vrachtverkeer en autoverkeer wordt hiermee verminderd, waardoor er een rustiger verkeersbeeld in de tunnel ontstaat.

     

    Afhankelijk van de verkeersdrukte en -beeld wordt een passende methode toegepast. Dit kan zijn door het instellen van een snelheidsmaatregel en/of met toeritdosering. De tunneloperator houdt via camerabeelden de situatie continu nauwlettend in de gaten en neemt maatregelen die op dat moment het best passend zijn voor de situatie. Alles met het oog op het voorkomen van stilstaand verkeer in de tunnel en een veilige doorstroming.

  • Is het mogelijk tegemoetkoming te krijgen bij onaangekondigde afsluiting?

    Een veilige doortocht door de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel staat voor de N.V. Westerscheldetunnel voorop. Het is niet mogelijk om een tegemoetkoming te krijgen voor de wachttijd door een onaangekondigde afsluiting.

  • Waarom wordt er 's nachts niet actief gecommuniceerd over de beschikbaarheid?

    Het tijdsvlak tussen 23.00 en 06.00 uur is een ‘informatiearme periode’. Voornaamste reden is dat er gedurende die uren een minimaal aantal klanten gebruik maakt van onze tunnel. Het is weinig zinvol dat iedereen wakker wordt van een melding via de mobiele app WSTVerkeer of een smsbericht over iets waar slechts weinigen hinder van zullen ondervinden. Gedurende bovengenoemde periode wordt in de communicatie volstaan met de inzet van de middelen die fysiek in de tunnel en op het tracé aanwezig zijn (informatiepanelen, omroepinstallatie e.d.). Daarmee kunnen namelijk de klanten die daadwerkelijk hinder hebben, accuraat bereikt worden.

Onderhoud

  • Hoe vaak wordt er onderhoud gepleegd?

    Vanwege de veiligheid is het noodzakelijk dat er op regelmatige basis onderhoud gepleegd wordt aan de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel. Raadpleeg het onderhoudsschema voor de actuele data.

     

    Het onderhoudsritme voor de Westerscheldetunnel

    Eens in de vier weken in de nacht van dinsdag op woensdag vindt regulier onderhoud plaats tussen 21.00 en uiterlijk 04.30 uur. Tijdens het onderhoud is er één tunnelbuis beschikbaar voor het verkeer in beide richtingen en is er dus sprake van tegemoetkomend verkeer (tegenverkeer). Er geldt dan een snelheidsbeperking.

     

    Het onderhoudsritme voor de Sluiskiltunnel

    De Sluiskiltunnel wordt vijf maal per jaar afgesloten voor regulier onderhoud. De Sluiskiltunnel wordt tijdens een onderhoudsnacht volledig (in beide richtingen) afgesloten. Volg de omleidingsroute via de brug bij Sluiskil.

     

  • Wat gebeurt er tijdens het reguliere onderhoud?

    Tijdens het onderhoud gebeuren verschillende werkzaamheden, waaronder het schoonmaken van belijning en borden, lampen controleren, muren wassen, controleren en testen van installaties, repareren van schades en verhelpen van storingen en het reinigen van onder andere de straatkolken.

     

  • Waarom is het nodig om de tunnel 1 x per jaar volledig af te sluiten?

    De Westerscheldetunnel wordt één keer per jaar volledig afgesloten vanwege het testen van het calamiteitensysteem. Deze test wordt ieder jaar uitgevoerd om de veiligheid te kunnen waarborgen tijdens een calamiteit. Gedurende de test worden diverse calamiteitenscenario’s doorlopen. Beide tunnelbuizen dienen daarbij vrij te zijn van verkeer. Om de afsluiting zo efficiënt mogelijk in te zetten combineren we deze activiteit met grote onderhoudswerkzaamheden.

     

    Kijk in ons onderhoudsschema wanneer de eerstvolgende volledige afsluiting gepland staat.

Wegen rondom de tunnel

  • Hoe hard mag ik rijden op de toeleidende wegen?

    Net als de weg in de tunnel zijn de toeleidende wegen autowegen. Dit houdt in dat er 100 km/u mag worden gereden, tenzij anders aangegeven.


    Let op! De maximale snelheid is 100 km/u, maar sommige voertuigen mogen wettelijk gezien niet harder dan 80 km/u of 90 km/u. Dit geldt dan ook op dit tracé.

     

  • Hoe staat het met de delen van de N62 voor en na de Westerscheldetunnel?

    De Sloeweg op Zuid-Beveland en de Tractaatweg in Zeeuws-Vlaanderen, ook beiden N62, zijn de belangrijkste aan- en afvoerwegen voor de Westerscheldetunnel en de industriegebieden Sloe en Kanaalzone. Beide wegen hebben nu nog één rijbaan van twee rijstroken en gelijkvloerse aansluitingen, zoals verkeerslichten. Voor een betere verkeersveiligheid en doorstroming is een verdubbeling noodzakelijk. Er wordt op dit moment aan de Sloeweg gewerkt, de Tractaatweg zal in de toekomst ook verdubbeld worden. Beide projecten vallen onder verantwoordelijkheid van de Provincie Zeeland. Klik hier voor meer informatie.

Op de hoogte blijven

  • Welke communicatiemiddelen worden ingezet voor de verkeersinformatie?

    De N.V. Westerscheldetunnel informeert u actief over eventuele verkeershinder op het tracé. Hiervoor worden diverse middelen ingezet.

    • De website www.westerscheldetunnel.nl
    • De mobiele app WSTVerkeer (geschikt voor Android en IOS)
    • Twitteraccount WSTVerkeer

     

    Alleen voor de Westerscheldetunnel zijn er extra communicatiemiddelen waarmee u op de hoogte kunt blijven over de actuele verkeersinformatie. U kunt zich via ‘Mijn Tunnel’ aanmelden voor:  

    • E-mail berichten
    • SMS-alerts

    Klik hier voor meer informatie over de communicatiemiddelen en hoe u zich kunt aanmelden. 

     

    Let op: voor de Westerscheldetunnel worden niet alleen extra communicatiemiddelen ingezet, ook de aard van de meldingen is anders. Lees hierover meer bij de vraag ‘Waarom is er een verschil tussen de beschikbaarheidsinformatie over de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel?’

  • Waarom is er een verschil tussen de beschikbaarheidsinformatie over de Westerscheldetunnel en de Sluiskiltunnel?

    De verkeersinformatie voor de Westerscheldetunnel is uitgebreider dan de informatie over de Sluiskiltunnel. Voor de Westerscheldetunnel worden extra communicatiemiddelen ingezet. Daarnaast wordt er onderscheid gemaakt in de aard van de berichtgeving. Dit verschil wordt gemaakt, omdat er bij de Sluiskiltunnel wel een directie omleiding (via de brug bij Sluiskil) mogelijk is en bij de Westerscheldetunnel niet. Bij de Sluiskiltunnel kunnen mensen dus gewoon doorrijden, terwijl ze bij de Westerscheldetunnel moeten wachten. De impact op de reistijd is bij de Westerscheldetunnel dus groter.

     

    Westerscheldetunnel

    In de communicatie over de beschikbaarheid van de Westerscheldetunnel wordt u op de hoogte gehouden van alle vormen van verkeershinder. Van een rijstrookafsluiting of een snelheidbeperking (lichte verkeershinder) of een afsluiting van één of beide tunnelbuizen. De berichten worden verstuurd via de app WSTVerkeer, twitter, sms en e-mail. U kunt zelf aangeven op welke dagen, tijdstippen en welke rijrichting u een melding wilt ontvangen en of u geïnformeerd wilt worden over afsluitingen korter of langer dan een half uur. 

     

    Sluiskiltunnel

    De verkeersinformatie over de Sluiskiltunnel beperkt zich tot meldingen over een langdurige afsluiting van één of beide tunnelbuizen. Berichten over de Sluiskiltunnel worden alleen verstuurd via de app WST Verkeer en twitter. In de app kunt u ook instellen op welke dagen en tijdstippen u een melding wilt ontvangen.

     

    Overzicht van de inzet van communicatiemiddelen

    Communicatiemiddel      

    Westerscheldetunnel       

    Sluiskiltunnel       

    App WSTVerkeer

    Ja

    Ja *

    Twitter WSTVerkeer

    Ja

    Ja *

    SMS-alerts

    Ja

    Nee

    E-mailalerts

    Ja

    Nee

    * De beschikbaarheidsinformatie is voor de Sluiskiltunnel minder uitgebreid dan bij de Westerscheldetunnel. (Zie bovenstaande tekst)

  • Waar kan ik de app WST Verkeer downloaden?

    Afhankelijk van het besturingssysteem ga je naar de App Store (Apple iOS) of naar de Google Play Store (Android). Deze zijn in de meeste gevallen geïnstalleerd op je telefoon. In de store kun je gratis de app ‘WST Verkeer’ downloaden

  • Moet ik voor de app WST Verkeer betalen?

    Nee, de app ‘WST Verkeer’ is gratis te downloaden in de App Store (Apple iOS) of  de Google Play Store (Android).

  • Krijg ik altijd pushberichten van de app?

    Na de installatie van de app ben je standaard geabonneerd op notificaties (pushberichten) voor beide tunnelbuizen van de Westerscheldetunnel doordeweeks tussen 7.00 en 18.00 uur. Ook ontvang je standaard de notificaties voor de Sluiskiltunnel. De notificaties kunnen worden aangepast in het instellingenscherm. Voor de Westerscheldetunnel is de frequentie van pushberichten in te stellen per richting, per dag en voor verschillende tijdsmomenten binnen die dag. De notificaties voor de Sluiskiltunnel kun je alleen aan of uit zetten.

  • Hoe ontvang ik een pushbericht van de app op mijn telefoon?

    Als je pushberichten wilt ontvangen, moet je de app daarvoor toestemming geven. Via de instellingenknop kun je de frequentie van de meldingen instellen per richting, per dag en vervolgens aangeven op welke tijdsmomenten binnen die dag. Je kunt het instellingenscherm openen door op het radertje rechtsboven in de app te drukken. Let wel: om pushberichten te ontvangen, heeft de app een internetverbinding nodig. De app haalt iedere twee minuten de actuele status op.

  • Hoe weet ik wat er aan de hand is als de beschikbaarheid anders is in de app?

    Als de actuele beschikbaarheid anders is dan ’open’’, kun je op de mededeling klikken. Er volgt dan een uitleg van de melding.

  • Is de app ook geschikt voor de iPad?

    De app is ook beschikbaar voor de iPad, maar je app moet de app wel downloaden uit de lijst 'apps voor iPhone'. Om pushberichten over de beschikbaarheid te ontvangen is een  internetverbinding vereist.

     

  • Wat is een e-mailalert?

    E-mailalerts worden verstuurd bij onvoorziene afsluitingen op het tracé van de Westerscheldetunnel tussen 06.00 en 23.00 uur. Het gaat dan om stremmingen waardoor er enige tijd helemaal geen verkeer meer mogelijk is in een bepaalde richting. Lichte verkeershinder, zoals een snelheidsbeperking of afgesloten rijstrook, wordt niet via e-mailalerts gecommuniceerd. Je kunt aangeven of je alleen e-mailberichten wilt ontvangen over langdurige stremmingen (langer dan een half uur) of over alle afsluitingen. Het ontvangen van de e-mailberichten is gratis.

    E-mailalerts worden dus alleen verstuurd voor stremmingen van de Westerscheldetunnel en niet voor de Sluiskiltunnel. Dit verschil wordt gemaakt, omdat er bij de Sluiskiltunnel wel een directie omleiding (via de brug bij Sluiskil) mogelijk is en bij de Westerscheldetunnel niet. Bij de Sluiskiltunnel kunnen mensen dus gewoon doorrijden, terwijl ze bij de Westerscheldetunnel moeten wachten. De impact op de reistijd is bij de Westerscheldetunnel dus groter.

    Maak een Mijn Tunnel account aan of ga naar mijn profiel.

  • Hoe kan ik me aanmelden voor de e-mailalert?

    Om je aan te melden voor de e-mailalerts heb je een account nodig bij Mijn Tunnel.

     

    Aanmelden als je al een account hebt bij Mijn Tunnel:
    1. Log in bij Mijn Tunnel. Als je je wachtwoord vergeten bent, volg je deze procedure
    2. In het menu aan de linkerkant ga je naar ‘Mijn gegevens’
    3. Kies bij ‘Wanneer wil je een e-mailbericht ontvangen? ‘ voor  ‘alleen langdurige afsluitingen’ (langer dan een half uur) of  ‘alle afsluitingen’
    4. Klik op 'Opslaan'
    5. Vanaf dan word je via e-mail op de hoogte gehouden van afsluitingen

     

    Aanmelden als je nog geen account hebt bij Mijn Tunnel:
    1. Ga naar registreren bij Mijn Tunnel. 
    2. Vul je persoonlijke gegevens in
    3. Vink aan ‘Meld mij aan voor de e-mail-alerts’
    4. Klik op 'Opslaan'
    5. Je ontvangt nu een bevestigingsmail op het opgegeven e-mailadres. Klik binnen 7 dagen op de link in de e-mail om je account te activeren.
    6. Je bent nu standaard aangemeld voor e-mailalerts voor langdurige afsluitingen. Als je dit wilt wijzigen, log je in bij Mijn Tunnel en ga je naar ‘Mijn gegevens’.

     

    Maak een Mijn Tunnel account aan of ga naar mijn profiel.

  • Zijn er kosten verbonden aan het ontvangen van e-mailalerts?

    Nee, het ontvangen van de e-mailalerts is gratis.

  • Wat is een SMS-alert?

    De SMS-alerts zijn bedoeld voor mensen die met regelmaat gebruik maken van de Westerscheldetunnel en die wel een mobiele telefoon, maar geen smartphone met Android of iOS bezitten. Ben je wel in het bezit van zo’n smartphone, download dan onze gratis app WST Verkeer via de App Store of Google Play. De app biedt je namelijk nog meer gebruiksgemak. Bovendien is de app uitgebreid met meer functionaliteiten, zoals informatie over tarieven, maar ook de veiligheidsinformatie over wat u moet doen bij pech en tal van andere zaken. Lees hier meer over de app.

    SMS-alerts worden verstuurd bij onvoorziene stremmingen op het tracé van de Westerscheldetunnel tussen 06.00 en 23.00 uur. Het gaat dan om stremmingen waardoor er enige tijd helemaal geen verkeer meer mogelijk is in een bepaalde richting. Lichte verkeershinder, zoals een snelheidsbeperking of afgesloten rijstrook, wordt niet via SMS-alerts gecommuniceerd. Je kunt aangeven of je alleen SMS-berichten wilt ontvangen over langdurige stremmingen (langer dan een half uur) of over alle afsluitingen. Daarnaast kun je instellen op welke dagen en tijdstippen je alerts wilt ontvangen én voor welke richting. Het ontvangen van de SMS-berichten is gratis. Er worden geen abonnementskosten in rekening gebracht.

    SMS-alerts worden dus alleen verstuurd voor stremmingen van de Westerscheldetunnel en niet voor de Sluiskiltunnel. Dit verschil wordt gemaakt, omdat er bij de Sluiskiltunnel wel een directie omleiding (via de brug bij Sluiskil) mogelijk is en bij de Westerscheldetunnel niet. Bij de Sluiskiltunnel kunnen mensen dus gewoon doorrijden, terwijl ze bij de Westerscheldetunnel moeten wachten. De impact op de reistijd is bij de Westerscheldetunnel dus groter.

    Maak een Mijn Tunnel account aan of ga naar mijn profiel.

  • Hoe kan ik me aanmelden voor de SMS-alert?

    Om je aan te melden voor de SMS-alerts heb je een account nodig bij Mijn Tunnel.

     

    Als je al een account hebt bij Mijn Tunnel:
    1. Log in op de website van de Westerscheldetunnel bij Mijn Tunnel.
    2. In het menu aan de linkerkant ga je naar ‘Mijn gegevens’
    3. Onder ‘Mijn abonnementen’ staat een kopje ‘SMS-alerts’. Kies bij ‘Wanneer wil je een SMS-bericht ontvangen?’ voor ‘Alleen langdurige afsluitingen’ of ‘Alle afsluitingen’
    4. Voer vervolgens het nummer van je mobiele telefoon in
    5. Klik op ‘Opslaan’
    6. Je ontvangt via SMS een verificatiecode op je telefoon
    7. Voer deze code in in het veld achter ‘Verificatiecode’ op de pagina ‘Mijn gegevens’
    8. Maak vervolgens per richting een keuze uit de aangeboden opties wat betreft dagen en tijden
    9. Klik op ‘Opslaan’ en je SMS-alerts zijn ingesteld.

    Als je nog geen account hebt bij Mijn Tunnel:
    1. Ga naar Mijn Tunnel 
    2. Vul je persoonlijke gegevens in
    3. Vink aan ‘Meld mij aan voor de SMS-alerts’
    4. Vul je mobiele nummer in
    5. Klik op 'Opslaan'
    6. Je ontvangt nu een bevestigingsmail op het opgegeven e-mailadres. Klik binnen 7 dagen op de link in de e-mail om je account te activeren
    7. Je ontvangt een SMS-bericht met een verificatiecode voor het mobiele nummer. Ga naar ‘Mijn gegevens’ bij Mijn Tunnel om de activatiecode in te voeren
    8. Kies bij ‘Wanneer wil je een SMS-bericht ontvangen?’ voor ‘Alleen langdurige afsluitingen’ of ‘Alle afsluitingen’
    9. Bepaal per richting de dagen en tijdstippen waarop je SMS-berichten wilt ontvangen
    10
    . Klik op ‘Opslaan’ en je SMS-alerts zijn ingesteld

     

    Vanaf dan word je via SMS op de hoogte gehouden van afsluitingen die binnen de door jouw gekozen dagen, tijdstippen en richting vallen.

     

    Maak een Mijn Tunnel account aan of ga naar mijn profiel.

  • Zijn er kosten verbonden aan het ontvangen van SMS-alerts?

    Nee, het ontvangen van de SMS alerts is gratis.

  • Ik ontvang al e-mail-alerts, maar ik wil ook graag een SMS-alert krijgen. Hoe kan ik me daarvoor aanmelden?

    Als je de e-mail-alerts ontvangt, dan ben je lid van Mijn Tunnel. In Mijn Tunnel kun je na het inloggen je gegevens aanpassen. Ga naar het menu “Mijn gegevens” aan de linkerkant. Daar kun je je persoonlijke gegevens aanpassen en aanvinken van welke abonnementen je graag gebruik wilt maken.

  • Waarom wordt er 's nachts niet actief gecommuniceerd over stremmingen?

    Het tijdsvlak tussen 23.00 en 06.00 uur is een ‘informatiearme periode’. Voornaamste reden is dat er gedurende die uren een minimaal aantal klanten gebruik maakt van onze tunnel. Het is weinig zinvol dat iedereen wakker wordt van een melding via de mobiele app WSTVerkeer of een smsbericht over iets waar slechts weinigen hinder van zullen ondervinden. Gedurende bovengenoemde periode wordt in de communicatie volstaan met de inzet van de middelen die fysiek in de tunnel en op het tracé aanwezig zijn (DRIP, omroepinstallatie e.d.). Daarmee kunnen namelijk de klanten die daadwerkelijk hinder hebben, accuraat bereikt worden.

  • Kan ik een ander geluid instellen voor de pushberichten van de app?

    De WSTVerkeer app maakt gebruik van het standaard gekozen meldingsgeluid van de telefoon. Het is niet mogelijk een ander geluid in te stellen voor de push-berichten.

     

  • Hoe kan ik me aan- of afmelden voor de nieuwsbrief?

    Als je lid bent van Mijn Tunnel, dan kun je na het inloggen je lidmaatschap op de nieuwsbrief aanpassen. Ga naar het menu “Mijn gegevens” aan de linkerkant. Daar kun je je persoonlijke gegevens aanpassen en aanvinken van welke diensten je graag gebruik wilt maken.

    Ben je geen lid van Mijn Tunnel, dan kun je je via deze link aan- en afmelden. Afmelden kan ook in iedere nieuwsbrief door onderaan te kiezen voor de optie afmelden.

Mijn Tunnel

  • Wat is Mijn Tunnel?

    Door je te registreren bij Mijn Tunnel, krijg je toegang tot extra's binnen onze website.

    Schrijf je in voor onze digitale nieuwsbrief of meld je aan voor activiteiten die alleen toegankelijk zijn voor Mijn Tunnel-leden, zoals de Nacht van de Tunnel. En, wanneer je geen smartphone hebt en de de WSTVerkeer app  niet kunt downloaden, dan kun je jezelf aanmelden voor onze SMS- of email-alerts over stremmingen. Zo blijf je altijd op de hoogte! Bovendien zijn er regelmatig speciale acties voor onze leden. Zoals bijvoorbeeld de Rijscholenactie. Hou de site dus goed in de gaten.

     

    Nog geen tunnelaccount?

    Meld je dan nu gratis aan en maak gebruik van:

    • Diverse acties
    • Beschikbaarheidsinformatie via de app, SMS en e-mail
    • Informatieve nieuwsbrieven
  • Ik ben mijn wachtwoord vergeten. Hoe kan ik nu inloggen op Mijn Tunnel?

    Klik op de inlogpagina op “wachtwoord vergeten”. Je krijgt dan een nieuw (tijdelijk) wachtwoord via het e-mail adres dat je gebruikt voor Mijn Tunnel. Na het inloggen met het tijdelijke wachtwoord, kun je het wachtwoord aanpassen in een wachtwoord van jouw keuze.

  • Ik krijg de e-mail met mijn t-tag tegoed en afschrijvingen, maar het lukt me niet om in Mijn Tunnel in te loggen. Wat kan ik nu doen?

    De e-mail met het t-tag tegoed en overzicht van afschrijvingen krijg je niet van de N.V. Westerscheldetunnel, maar van Movenience. Movenience beheert alles wat te maken heeft met de t-tag. Als je het gebruiksoverzicht van Movenience ontvangt, wil dat niet automatisch zeggen dat je ook lid bent van Mijn Tunnel op onze website. Je moet je daar eerst voor aanmelden.

     

    Als je lid bent van Mijn Tunnel kun je je abonneren op de nieuwsbrief van de Westerscheldetunnel, de sms- en e-mail-alerts, maar je kunt ook gebruik maken van andere diensten en aanbiedingen. Lid worden is gratis.

    Ook lid worden? Klik hier.

Westerscheldetunnel (specifieke informatie)

  • Waar ligt de Westerscheldetunnel?

    De tunnel ligt in Zeeland onder de rivier de Westerschelde tussen Borssele (Zuid-Beveland) en Terneuzen (Zeeuws-Vlaanderen). Aan de noordkant (Zuid-Beveland) sluit de Westerscheldetunnelweg aan op de A58 (tussen Middelburg en Goes). Aan de zuidkant (Zeeuws-Vlaanderen), gaat de weg verder naar de Sluiskiltunnel, ook gelegen op de N62. Deze weg gaat richting Axel, Zelzate/Gent (N62) of richting Terneuzen, Zaamslag. Vóór de Sluiskiltunnel, ter hoogte van viaduct Axelsche Gat,  is tevens de afslag naar de N61, richting Hoek en West-Zeeuws-Vlaanderen of naar de brug van Sluiskil.

  • Hoe lang is de Westerscheldetunnel?

    6,6 kilometer.

  • Wat is het diepste punt van de Westerscheldetunnel?

    60 meter onder N.A.P.

  • Wat is het hellingspercentage van de Westerscheldetunnel?

    Maximaal 4,5%.

  • Wie is de eigenaar van de Westerscheldetunnel?

    Provincie Zeeland is volledig aandeelhouder. De N.V. Westerscheldetunnel beheert en exploiteert de tunnel in opdracht van de provincie. De N.V. Westerscheldetunnel heeft unieke kennis en ervaring in Nederland op het gebied van tolinning, tunnel- en wegbeheer, onderhoud en verkeers- en incidentmanagement. Dochteronderneming Movenience B.V. handelt de
    t-tagtransacties af.

  • Hoeveel voertuigen rijden dagelijks door de Westerscheldetunnel?

    De Westerscheldetunnel heeft gemiddeld meer dan 17.000 passages per dag. Op drukke dagen loopt dit zelfs op tot boven de 20.000.

  • Wordt er in de Westerscheldetunnel gecontroleerd op snelheid?

    In de Westerscheldetunnel worden weggebruikers permanent op hun snelheid gecontroleerd via trajectcontrole. Trajectcontrole meet de snelheid op een aantal plaatsen die op een zekere afstand van elkaar liggen, en bepaalt de gemiddelde snelheid op basis van de tijd tussen het passeren van de meetpunten. De toegestane snelheid voor automobilisten is maximaal 100 km/u. Het overschrijden van de snelheidslimiet levert in een tunnel levensgevaarlijke situaties op. De inzet van trajectcontrole brengt het aantal snelheidsovertredingen flink omlaag en bevordert zo de verkeersveiligheid.

    De trajectcontrole wordt uitgevoerd door het Openbaar Ministerie. Meer informatie over trajectcontrole: www.openbaarministerie.nl.

  • Wat zijn die witte vlekken op de tunnelwand van de Westerscheldetunnel?

    Door de tunnelwand sijpelt zo nu en dan lekwater, voornamelijk bij de verbinding tussen twee tunnelringen. De witte vlekken ontstaan als het lekwater aan de oppervlakte opdroogt en de kalkresten uit het cement achterlaat op de hittewerende bekleding van de tunnel. Bij nieuw metselwerk, bijvoorbeeld bij nieuwbouwhuizen, ontstaat vaak ook een witte uitslag. Er wordt dan gesproken van uitbloeien en dit trekt vanzelf weer weg.  De witte vlekken in de tunnel zijn eigenlijk hetzelfde verschijnsel.

  • Is de Westerscheldetunnel lek?

    Ja, iedere tunnel lekt. Dat komt doordat een tunnel bestaat uit losse delen. Het water lekt vooral langs de voegen tussen de tunnelsegmenten. Daar zit een rubber afdichting. De tunnelconstructie zet uit als het warmer wordt en krimpt bij lagere temperaturen. In de winter lekt een tunnel dus meer dan in de zomer.

     

    Het lekwater wordt onder het wegdek in het onderste deel van de tunnel opgevangen, dit heet de zool van de tunnel. Via buizen stroomt het water vanuit de zool van de tunnel naar in totaal vier pompkelders. Vanuit de pompkelders wordt het water terug in de Westerschelde gepompt.

     

    Het ontwerp van de Westerscheldetunnel houdt rekening met maximaal 22 m­­3 lekwater per etmaal. Dat is 22.000 liter en daarop is de pompcapaciteit berekend. In de praktijk blijkt de tunnel veel minder te lekken. In 2003 (het jaar van de opening) lekte de Oostbuis ongeveer 3 m3 per etmaal en de Westbuis 3,5 m3. De hoeveelheid lekwater daalt jaarlijks. In 2012 lekte in de Oostbuis nog 2,2 m3 en in de Westbuis 2,8 m3 water per etmaal.

  • Hoe ontstaan ijspegels in de Westerscheldetunnel en wanneer worden die verwijderd?

    Tijdens winters weer kan bevriezing van lekkend water of vochtige lucht in de Westerscheldetunnel zorgen voor ijspegels. De ijspegels komen voornamelijk voor in de Oostbuis richting Zuid-Beveland. Hier ontstaat eerder lekwater. Dit is een gevolg van opwarming door de zon enerzijds en het ontbreken van bebouwing bij de tunnelinrit anderzijds. De Westerscheldetunnel is een boortunnel. Hierdoor is de tunnel gevoeliger voor kleine lekkages dan een afgezonken tunnel. Een boortunnel bestaat namelijk uit meer tunnelsegmenten dan een afgezonken tunnel. De breedte van de tunnelsegmenten van de Westerscheldetunnel is twee meter. Een afgezonken tunnel bestaat uit segmenten van ongeveer 150 tot 200 meter. Iedere kleine lekkage in de inrit, is een potentiële bron voor ijspegelvorming.

     

    Ook het profiel van een tunnel bepaalt de kans op ijspegels. Door het ronde profiel van de Westerscheldetunnel, is er eerder kans op ijspegelvorming dan bij het rechthoekige profiel van een afgezonken tunnel. Er treedt met name ijspegelvorming op in de tunnelinrit. Het inrijdende verkeer in de tunnel veroorzaakt namelijk een luchtstroom met een temperatuur lager dan nul graden Celsius. Deze luchtstroom wordt verderop in de tunnel opgewarmd door de constante temperatuur die onder de grond in de tunnel heerst. In het midden van de Westerscheldetunnel heerst een temperatuur van ongeveer twaalf tot vijftien graden Celsius.

     

    De lengte van de ijspegels kan oplopen tot ruim een meter waardoor een enorm gewicht ontstaat. Door veranderende weersomstandigheden kunnen de ijspegels afbreken en dat is gevaarlijk voor het verkeer. Daarom worden de ijspegels regelmatig verwijderd. Het verwijderen van de ijspegels gebeurt zoveel mogelijk buiten de spitsuren.

Tolplein

  • Waar kan ik parkeren als ik wil carpoolen?

    De N.V. Westerscheldetunnel heeft speciaal voor carpoolers aan de oostelijke zijde van het Tolplein (aan de kant van het hoofdkantoor) een parkeerplaats met veertig gratis parkeerplaatsen. De parkeerplaatsen zijn te bereiken door de borden P+R te volgen. Na het parkeren, kun je via een loopbrug boven de tolpoorten naar de overkant van het Tolplein lopen. Op het Tolplein is aan de rechterkant een opstelstrook met het bordje Kiss & Ride om carpoolers in te laten stappen. Carpoolers mogen hier niet parkeren, maar alleen in- en uitstappen.

  • Waarom kan een motorrijder op het tolplein niet van elke tollaan gebruikmaken?

    Vanwege de afstand tussen de motorwielen en het feit dat sommige motoren dusdanig weinig ijzer bevatten, worden motoren soms niet goed gedetecteerd door de magnetische lussen in het wegdek van de tollanen. Daardoor kunnen we geen veilige automatische passage voor motorrijders garanderen. In de 'Regeling passage motorfiets' zijn alle geldende afspraken voor het passeren met een motor opgenomen.

     

    Als motoren wel gedetecteerd worden, worden ze aangemerkt als categorie 1. Om gebruik te kunnen maken van het speciale tarief voor motoren, moeten motorrijders stoppen bij de kassa. Dat is dus niet alleen voor de veiligheid, maar ook omdat de categorie handmatig naar ‘motor’ (categorie 5) moet worden veranderd. Motorrijders die gebruik maken van een t-tag, moeten de t-tag aan de kassa laten scannen. Sinds 2012 is er een speciale M-tag beschikbaar voor motorrijders. Kijk op de site van Movenience voor meer informatie.  

     

  • Wat doe ik als de slagboom in een tollaan niet open gaat?

    Als de slagboom niet omhoog gaat, druk je op de intercomknop in de laan. Je krijgt vervolgens aanwijzingen van de hoofdtolgaarder.

  • Hoe breed zijn de tollanen?

    De tollanen 1 tot en met 6 zijn tussen de stoepranden 3,1 meter. Laan 7 is 4,3 meter.

  • Waarom kan door laan 4 alleen verkeer met beperkte hoogte rijden?

    De hoogtebeperking is geplaatst, nadat groot transport bij passage door laan 4 een aantal keren het tolhuis in laan 5 geraakt heeft. Verplaatsing van het tolhuis is niet mogelijk, daardoor was alleen de maatregel om hoogtebeperking in te voeren mogelijk. Hierdoor kan de veiligheid van de tolgaarders in laan 5 beter worden gegarandeerd.

     

  • Waarom is er een maximumsnelheid van 30 km/uur op het tolplein?

    Vanuit veiligheidsoverwegingen is de maximumsnelheid op het tolplein 30 km/uur. Met deze snelheid kan een veilige en geleidelijke doorstroming van verschillende
    voertuigen worden gegarandeerd. Ook is het veiliger voor de medewerkers van de N.V. Westerscheldetunnel die fysiek de lanen moeten oversteken.

  • Wat is een tolgaarder?

    Een tolgaarder is iemand die de tol int aan de kassa.

Tarieven

  • Waarom moet ik tol betalen?

    Het was een voorwaarde voor de bouw van de Westerscheldetunnel dat een deel van de investering moest worden terugverdiend door tolheffing.

  • Wie bepaalt de hoogte van de tarieven?

    De missie van de N.V. Westerscheldetunnel is het streven naar optimale dienstverlening tegen zo laag mogelijke tarieven. In de speciale Tunnelwet Westerschelde is alles rondom de tarieven vastgelegd, dat wil zeggen de opbouw, structuur en de maximale stijgingen.

     

  • Wat zijn de tarieven?

    Het tarief van de Westerscheldetunnel is afhankelijk van het voertuig waarmee je passeert.

    We onderscheiden de volgende voertuigcategorieën op basis van hoogte en lengte:

    Categorie 1: lengte kleiner dan of gelijk aan 6 meter en een hoogte kleiner dan of gelijk aan 3 meter (personenauto’s, motoren, terreinwagens, allen zonder aanhanger)
    Categorie 2: lengte groter dan 6 meter en een hoogte van het trekkende voertuig kleiner dan of gelijk aan 3 meter (de meeste voertuigen uit categorie 1 met aanhanger)
    Categorie 3: lengte kleiner dan of gelijk aan 12 meter en een hoogte groter dan 3 meter
    Categorie 4: lengte groter dan 12 meter en een hoogte groter dan 3 meter
    Categorie 5: motoren die via de kassa passeren. Kijk hier voor de regeling motorfietsen. 

    Klik hier voor een overzicht van de actuele tarieven

  • Hoe is de tolvrije dag ontstaan?

    Met ingang van 2012 zijn de opcenten op de motorrijtuigenbelasting door de Provincie Zeeland verhoogd. Een deel van de meeropbrengst, namelijk € 2 mln, komt jaarlijks ten goede aan het verlagen van de toltarieven van de Westerscheldetunnel voor diverse doelgroepen:

    1. De t-tagabonnees Vanaf 1 januari 2020 worden de t-tagtarieven voor het eerst sinds 2012 verlaagd. De korting van de t-tag gaat dan van 24% naar 40% van het standaardtarief.
    2. Veelgebruikers De korting voor veelgebruikers gaat per 1 januari 2020 van 39% naar 50% van het standaardtarief. Abonnees die vaker dan 150 keer per jaar door de Westerscheldetunnel rijden en daarbij gebruik maken van hun t-tag of m-tag, krijgen een veelgebruikerskorting.
    3. Kleine vrachtwagens, bestelbussen en campers (categorie 3-voertuigen) Door de hoogtegrens van 2,50 meter te verhogen naar 3,00 meter valt een groot deel van deze doelgroepen nu in een goedkopere categorie.
    4. Motoren Bij passage langs de kassa geldt het tarief van €2,50. Motorrijders met t-tag of m-tag betalen per 1 januari 2020 €2,00 en veelgebruikers betalen € 1,50.
    5. (Zeeuwse) burgers Vier tot maximaal zes tolvrije dagen, afhankelijk van de kosten van de nieuwe maatregelen. In 2012 werden vier tolvrije dagen vastgesteld door de directie van de N.V. Westerscheldetunnel. Sinds 2014 zijn dat er zes per kalenderjaar.

    De tolvrije dag duurt precies 24 uur en loopt van 00.00 tot 00.00 uur. Ideaal voor een familiebezoek of een dagje winkelen in Terneuzen, Sluis, Middelburg of Goes!

     

    Hoe werkt het? 
    Tussen 00.00 en 24.00 uur kun je gratis passeren. Als je met een t-tag passeert, wordt er niets van het tegoed afgeboekt. Op het Tolplein worden voor beide rijrichtingen drie lanen beschikbaar gesteld. Van deze drie lanen staan de slagbomen de hele dag open. Het gaat om de lanen 2 en 3 voor automobilisten en motorrijders en laan 7 voor vrachtwagens. Let op: de maximale snelheid op het Tolplein is en blijft 30 km/u!

     

     

  • Wanneer zijn de tolvrije dagen in 2020?

    Er zijn jaarlijks zes tolvrije dagen. In 2020 kun je de Westerscheldetunnel gratis passeren op: 25 januari, 29 februari, 12 september (open monumentendag), 31 oktober, 28 november en 19 december.

    Let op!

    De tolvrije dag van zaterdag 25 april wordt verplaatst naar zaterdag 19 december. Met het verplaatsen van de tolvrije dag sluiten wij ons aan bij het advies van de Nederlandse rijksoverheid om, als gevolg van het coronavirus (COVID-19), sociale contacten te vermijden en zoveel mogelijk thuis te blijven.

     

     

  • Wat is bepalend voor de categorie van een voertuig?

    De hoogte en lengte van het complete voertuig zijn bepalend voor de categorie-indeling. Spiegels, (schotel)antennes, aanhangers, lading, zwaailichten, koelsystemen en dergelijke worden meegerekend in de meting. Alleen fietsen op een dakdrager vallen buiten de meting. De hoogtegrens tussen de categorieën ligt bij 3 meter. De lengtegrens bij 6 en 12 meter.


    Uitzondering hierop is categorie 5. Deze categorie is voor motorfietsen die via de kassa passeren. Kijk hier voor de regeling motorfietsen.

  • Hoe kan ik bij de tunnel betalen?

    Je kunt op vier manieren betalen:

    1. Het t-tag abonnement: de snelste en voordeligste manier
    2. Creditcards en tankkaarten
    3. Contant
    4. Pinnen

    Sinds 1 juli 2017 accepteert de N.V. Westerscheldetunnel geen biljetten meer van € 200 en € 500 en muntgeld van 1 en 2 eurocent en verzamelaarsmunten. Dit vanuit veiligheidsoverwegingen en ter bevordering van de administratieve afhandeling.

  • Hoe weet ik waar ik met mijn betaalmiddel kan betalen?

    Boven de tolpoorten hangen borden waarop is aangegeven of je bij de betreffende poort terecht kunt met je t-tag, creditcard of tankkaart of dat je contant kunt betalen aan de kassa. Overdag zijn de drie linkerlanen (1, 2 en 3) gereserveerd voor t-tagverkeer. Breed of zwaar vrachtverkeer en bussen gaan via de uiterst rechtse laan (7). Overig verkeer gaat via de lanen 4, 5 en 6. Bij extra drukte aan de kassa gaat de kassa bij laan 1 open. 

    De indeling van de tollanen dagelijks tussen 06.00 en 22.00 uur:

    Laan 1: t-tag (bij extra drukte en na 22.00 uur kassa)
    Laan 2: t-tag
    Laan 3: t-tag
    Laan 4: creditkaart en tankkaart
    Laan 5: kassa
    Laan 6: kassa
    Laan 7: creditkaart, tankkaart, t-tag voor met name groot transport

    Let op! Motorrijders zijn verplicht via de kassa te rijden.

  • Welke manier van betalen is het snelst?

    Met een t-tag passeer je de tolpoorten het snelst en eenvoudigst.

  • Wat is een t-tag?

    Een t-tag is een handig en compact apparaatje dat achter de voorruit geplaatst dient te worden. Hiermee is het mogelijk om zonder te stoppen iedere tolpoort bij de Westerscheldetunnel te passeren. t-tagabonnees ontvangen een flinke korting per passage. Meer informatie vind je op: www.movenience.nl

  • Hoe kan ik een t-tag aanvragen?

    Je kunt een t-tag telefonisch of online aanvragen bij Movenience B.V., een dochteronderneming van de N.V. Westerscheldetunnel. De klantenservice van Movenience is bereikbaar op werkdagen tussen 08.00 en 17.00 uur op 0900 4488666 vanuit Nederland en op +31 (0) 113 760001 vanuit het buitenland. Via www.movenience.nl kun je je online aanmelden. De t-tag is niet op het Tolplein te verkrijgen.

  • Waarom kun je op het Tolplein niet in elke laan contactloos betalen?

    In de kassalanen is het op dit moment al wel mogelijk om contactloos te betalen. In de automatische lanen kunnen we dit helaas nog niet aanbieden. Dit heeft er mee te maken dat in deze lanen met een groter aanbod aan kaarten betaald kan worden: denk aan bankkaarten uit diverse landen, diverse creditcards en verschillende aanbieders van tankkaarten. De ene aanbieder werkt met een EMV-chip, de andere met een magneetstrip. Een universeel systeem dat beide kaarten kan lezen is er momenteel nog niet. Wij zijn hierover wel in gesprek met leveranciers en houden de ontwikkelingen in de markt goed in de gaten.

  • Wat is de veelgebruikerskorting?

    Wat is de veelgebruikerskorting?

    Abonnees die vaker dan 150 keer per jaar door de Westerscheldetunnel rijden en daarbij gebruik maken van een t-tag of m-tag krijgen een veelgebruikerskorting van 50% van het standaardtarief. Motorrijders (categorie 5) krijgen een korting van 40% van het standaardtarief.

     

    De veelgebruikerskorting:

    -       Geldt vanaf de 151e passage

    -       De telling begint elk kalenderjaar opnieuw

    -       Wordt per passage verrekend

    -       Geldt per t-tag of m-tag

    -       Geldt voor alle categorieën

     

    Voorbeelden:

    Els rijdt voor de 151ste keer met de auto en dezelfde t-tag door de tunnel. Het normale t-tag tarief categorie 1 is € 3,00. Door de veelgebruikerskorting betaalt Els vanaf nu maar € 2,50. De totale korting ten opzichte van het normale tarief van € 5,00 voor categorie 1 is € 2,50.

     

    Jan rijdt 150 keer met dezelfde t-tag door de tunnel met zijn vrachtwagen en auto. De 151e keer gaat hij met zijn auto met caravan. Hij valt op dat moment in categorie 2. Door de veelgebruikerskorting betaalt hij € 3,75 in plaats van € 4,50. De keer daarop rijdt hij weer met zijn vrachtwagen en dezelfde t-tag. Hij krijgt dan de veelgebruikerskorting op categorie 3 en betaalt dus € 9,10 in plaats van € 11,00.

  • Waarom liggen de tarieven voor grote campers hoger dan voor auto's met een caravan?

    De vier verschillende tolcategorieën zijn gebaseerd op de hoogte en de lengte van voertuigen. Het verschil tussen categorie 1, 2, 3 en 4 zit in de hoogte en lengte van het complete voertuig. Als de hoogte lager is dan 3 meter dan val je in categorie 1 of 2. Een personenwagen met caravan valt in categorie 2. Er zijn campers die in categorie 1 vallen (korter dan 6 meter en ook lager dan 3 meter). Daarnaast zijn er ook campers die in categorie 2 vallen (lager dan 3 meter en langer dan 6 meter). Tot slot zijn er campers (meestal met slaapruimte bovenin) die in categorie 3 vallen (hoger dan 3 meter). De laatste groep campers betaalt dus meer dan een auto met caravan.

  • Wat wordt verstaan onder motorfiets?

    Onder het begrip Motorfiets wordt verstaan ‘elk tweewielig voertuig met of zonder zijspanwagen, waarvan de maximumsnelheid hoger is dan 45 km/u en waarvan de cilinderinhoud groter is dan 50 cmᶟ ’. In de toepassing bij de N.V. Westerscheldetunnel geldt deze definitie eveneens al dan niet in combinatie met een aanhangwagen. In tegenstelling of deels in tegenstelling tot de definities in de Wegenverkeerswet worden onder het begrip Motorfiets bij de N.V. Westerscheldetunnel tevens een ‘trike’ en een ‘quad’ verstaan. De 'Regeling passage motorfiets' kun je hier bekijken. 

Bouw Westerscheldetunnel

  • Wanneer is besloten tot aanleg van de Westerscheldetunnel?

    Al in de jaren ‘30 hadden verschillende zakenlieden plannen voor een tunnel onder de Westerschelde. In 1966 start Rijkswaterstaat met een studie. Jarenlang wordt een besluit uitgesteld, maar uiteindelijk wordt gekozen voor een brug/tunnelcombinatie ter hoogte van Kruiningen-Perkpolder. Vanwege financiële problemen komt deze er nooit. Provinciale Staten neemt in 1980 een motie aan waarin nog hetzelfde jaar een besluit wordt geëist van de regering. In 1981 wordt de bouw uitgesteld en in 1983 het hele plan geschrapt. In 1986 start een nieuw initiatief vanuit het bedrijfsleven. Een nieuwe stuurgroep met rijks- en provinciale vertegenwoordigers gaat aan de slag met de plannen van het bedrijfsleven. In datzelfde jaar is het tracé zoals de tunnel nu is gebouwd, bedacht. In 1990 stelt de minister van Verkeer en Waterstaat geld beschikbaar en in 1991 kiest Provinciale Staten voor het huidige tracé. In 1993 wordt de aannemerscombinatie Kombinatie Middelplaat Westerschelde gekozen. En in 1996 wordt de N.V. Westerscheldetunnel opgericht voor de bouw en later de exploitatie van de tunnel. In 1997 kon de aannemer echt aan de slag. Zes jaar later werd de Westerscheldetunnel officieel in gebruik genomen.

  • Wie heeft de Westerscheldetunnel gebouwd?

    Aannemerscombinatie Kombinatie Middelplaat Westerschelde heeft de tunnel ontworpen en gebouwd. De aannemerscombinatie bestond uit: BAM Infrabouw BV, Heijmans NV en Voormolen Bouw BV (Nederland), Franki NV (Belgie), Philipp Holzmann AG en Wayss & Freytag AG (Duitsland).

  • Hoe lang duurde de bouw van de tunnel?

    Het ontwerpen en bouwen van de Westerscheldetunnel en de toeleidende wegen duurde in totaal ruim zeven jaar. Het ontwerpen en de voorbereidingen duurde ruim een jaar en het bouwen zes jaar. In november 1997 is de bouw gestart. Op 14 maart 2003 is de tunnel geopend.

  • Hoe is de tunnel aangelegd?

    De Westerscheldetunnel is geboord met twee speciaal voor dit project ontworpen en gebouwde boormachines door de kleigrond. Het is niet de eerste geboorde tunnel in Europa, maar wel uniek door de enorme lengte, omvang, diepteligging en aanleg in slappe bodem. De aanleg van de Westerscheldetunnel is een technisch complex project met grensverleggende boortechniek volgens de hydroschildmethode. Alle apparatuur die nodig is voor het boren van de tunnelschacht en het bouwen van de tunnelwand bevinden zich in de tunnelboormachine en de volgwagens. De ‘kruipende fabriek’ is met volgwagens ongeveer 195 meter lang. De bouw van de tunnelboormachine duurde vijftien maanden en het opstellen drie maanden. Per dag boorde de machine per buis 12 meter. De tunnelboormachine werkt volledig computergestuurd.

  • Hoe werkte de tunnelboormachine?

    De tunnelboormachine werkte bij de Westerscheldetunnel volgens de hydroschildmethode. De boormachine graaft een cilindervormig gat in de bodem en bouwt daar de tunnelbuis in. Voorin staat de boorkop in contact met de af te graven grond. Deze muur van grond heet het boorfront. Tegen het boorfront aan draait het snijrad. Het snijrad graaft met zes armen de grond laag voor laag af. Naarmate de machine dieper graaft, wordt de druk steeds hoger. Om te voorkomen dat de grond de boormachine instroomt, wordt het boorfront tegengehouden. Dit gebeurt door de ruimte achter en tussen het snijrad te vullen met een water-betonietmengsel. Door dit mengsel wordt het boorfront verstevigd.

    Continu wordt betoniet aangevoerd en een mengsel van betoniet en afgegraven grond afgevoerd. Achter het snijrad schuift het boorschild, een ronde metalen behuizing, mee met de boor. Het boorschild is 11 meter lang en heeft een diameter van 11,3 meter. Het schild voorkomt dat grond en water de tunnel binnenstromen. Achterin het schild wordt de definitieve tunnelwand gemaakt met geprefabriceerde betonelementen. Eén voor één worden de betonnen tunnelsegmenten tegen elkaar aan geplaatst. De tunnelboormachine gaat vooruit door zich met cilinders af te zetten. De afzetcilinders drukken de segmenten direct goed tegen elkaar. De ruimte tussen de tunnelsegmenten en het geboorde gat wordt opgevuld met grout, een mengsel van cement, zand en water. Als dat uithardt, vormt het zo een stevige laag om de tunnel. Tijdens het boren wordt direct achter de tunnelboormachines al de wegfundering, het kabelkanaal en de dwarsverbindingen aangelegd.

  • Hoeveel mensen werkten er in de tunnelboormachines?

    In de twee tunnelboormachines werkten in totaal 280 mensen in ploegendiensten. Betonbouwers, monteurs en technische uitvoerders werden per trein naar hun werkplek in de tunnelboormachine vervoerd. In de machine zijn allerlei voorzieningen, zoals toiletten en een kantine.

  • Hoe verliep de logistiek tijdens de bouw?

    De Westerscheldetunnel had twee bouwterreinen voor de aanvoer en opslag van materialen. Op het terrein was een betonfabriek waar de tunnelringen zijn gemaakt, een menginstallatie voor het zand-cement voor de fundering van de tunnel en een scheidingsinstallatie waar de afgegraven grond werd gescheiden van de steunvloeistof bentoniet. Ook was er een transportband over de dijk, waarmee materiaal van schepen kon worden gelost en ander materiaal weer terug worden opgeladen. Speciaal voor de tunnel was er een spoorlijn, een loods voor onderhoud van de locomotieven en een speciaal rangeerterrein. Verder was er een duikersloods met twee decompressietanks. Duikers die tijdens het boorproces reparaties moeten verrichtten, konden hierin onder druk blijven. Tot slot bevonden zich op het terrein ook de tijdelijke kantoren van de N.V. Westerscheldetunnel en de aannemer.

  • Wat kostte de aanleg van de Westerscheldetunnel?

    Het totale bouwbudget was 750 miljoen euro. Daarnaast zijn er de exploitatiekosten (225 miljoen euro) en het onderhoud (300 miljoen euro). De totale kosten over dertig jaar komen daarmee op 1,3 miljard euro. Een deel van de investering wordt terugverdiend door tolinning.

  • Hoe kwam je voordat de tunnel er was aan de andere kant van de Westerschelde?

    Jarenlang maakten miljoenen voetgangers, fietsen, auto’s en vrachtwagens gebruik van de veerdiensten Vlissingen-Breskens en Kruiningen-Perkpolder. Vier dubbeldekkers voerden op de lijnen van de Provinciale Stoombootdiensten (PSD). Bij de opening van de tunnel zijn de veerdiensten gestopt. De laatste PSD-boten zijn verkocht aan Italiaanse rederijen. Ze doen in Italië nog dienst als veerboot. Bij Vlissingen-Breskens is na opheffing van de PSD een kleinere boot, de Fast Ferry gekomen, speciaal voor de oversteek van voetgangers en (brom)fietsers.

  • Wanneer is de tunnel geopend?

    Op 14 maart 2003 heeft Koningin Beatrix de Westerscheldetunnel officieel geopend in aanwezigheid van ruim 900 genodigden. In de tunnel werden twee ontvangstruimtes gecreëerd voor de gasten van Zuid-Beveland en de gasten van Zeeuws-Vlaanderen. Gedurende een interactief programma werd de verbinding tussen deze twee zijden daadwerkelijk tot stand gebracht. Aansluitend was een feestelijke receptie in het Scheldetheater in Terneuzen.

    Een week voor de opening namen 12.000 geïnteresseerden al een kijkje bij de tunnel tijdens de Tunneldag. Zij maakten met een bus een tour te maken door de westelijke tunnelbuis. In de andere tunnelbuis kregen ze bij verschillende stands informatie over de tunnel onder het genot van muziek en een hapje en een drankje.

Sluiskiltunnel (specifieke informatie)

  • Waar ligt de Sluiskiltunnel?

    De tunnel ligt in Zeeland onder het Kanaal van Gent naar Terneuzen en ligt op het tracé van de N62. Aan de westzijde van het kanaal is de N61 bij Hoek aangesloten op de N62. Het verkeer vanuit de Westerscheldetunnel en West Zeeuws-Vlaanderen kan hier via het viaduct Axelsche Gat en twee rotondes de nieuwe weg op en af. Aan de oostzijde van het kanaal sluit de nieuwe weg aan op de N62 (Tractaatweg) richting België. Via het viaduct Koeischorre en twee rotondes gaat het verkeer richting Terneuzen/Zaamslag of richting België. De tunnel ligt ongeveer 200 meter ten zuiden van de bestaande brug bij Sluiskil.

  • Hoe lang is de Sluiskiltunnel?

    De totale tunnellengte is 1330 meter (ruim 1,3 kilometer).

  • Wordt er tol geheven op deze tunnel?

    Nee, de Sluiskiltunnel is tolvrij.

  • Wat is het diepste punt van de Sluiskiltunnel?

    Het diepste punt van de tunnel ligt midden in het kanaal op 34 meter beneden NAP (36 meter onder de waterspiegel van het kanaal).

  • Wat is het hellingspercentage van de Sluiskiltunnel?

    Maximaal 4,5%.

  • Wie is de eigenaar van de Sluiskiltunnel?

    Provincie Zeeland is de eigenaar van de Sluiskiltunnel. De N.V. Westerscheldetunnel is in opdracht van de provincie verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud en het verkeers- en incidentmanagement van de Sluiskiltunnel. De N.V. Westerscheldetunnel heeft unieke kennis en ervaring op dit gebied. 

  • Hoeveel voertuigen rijden dagelijks door de tunnel?

    Er rijden per dag gemiddeld 14.000 voertuigen door de Sluiskiltunnel.

  • Mogen gevaarlijke stoffen door de Sluiskiltunnel vervoerd worden?

    De Sluiskiltunnel is een categorie-C tunnel. Meer informatie hierover vindt u bij ‘Informatie per voertuig.’

  • Welke radiozenders kan ik ontvangen in de Sluiskiltunnel?

    Er zijn dertien radiostations te ontvangen in de Sluiskiltunnel. In geval van een calamiteit kan de tunneloperator op deze zenders inbreken. Het zijn de volgende zenders en frequenties:

    • Omroep Zeeland (87,9 mhz)
    • NPO Radio 1 (104,4 mhz)
    • NPO Radio 2 (97,8 mhz)
    • NPO 3FM (99,8 mhz)
    • NPO Radio 4 (95,0 mhz)
    • Radio Veronica (103,3 mhz)
    • Radio 538 (102,4 mhz)
    • Sky Radio (101,9 mhz)
    • Q-Music (100,4 mhz)
    • BNR Nieuwsradio (91,5 mhz)
    • Radio 10 (93,0 mhz)
    • GO-FM (107,8 mhz)
    • VRT Radio 1 (BE) (95,7 mhz)
    • VRT Radio 2 (BE) (98,6 mhz)
    • MNM (BE) (101,5 mhz)
    • Studio Brussel (BE) (102,1 mhz)

     

    DAB+ radio

    • Ensemble 9D-Z (Regionaal Zuid-West)
    • Ensemble 11-A (Vlaams commercieel)
    • Ensemble 11-C (Landelijk commercieel)
    • Ensemble 12-A (Vlaams openbaar) 
    • Ensemble 12-C (Landelijk publiek) 

    Alle DAB+ zenders op een rij. 

  • Wordt de tunnel bewaakt?

    Ja, tunneloperators houden de Sluiskiltunnel vanuit de bedieningsruimte op het Tolplein (Borssele) 24 uur per dag in de gaten. Daarvoor hebben ze onder andere camera’s, sensoren in het wegdek, zichtmetingen en rookmelders ter beschikking. De tunneloperators kunnen op een reeks van beeldschermen de hele tunnel met al het verkeer volgen. Zij zien dus precies wie waar rijdt, of er bijvoorbeeld rommel op de weg ligt en of er een voertuig stilstaat. De tunneloperator is de eerste contactpersoon bij problemen. Via de intercom van de hulpposten, die je om de 50 meter in de tunnelwand aantreft, heb je directe verbinding met de tunneloperator. De operator regelt het wegslepen van je voertuig bij pech of een ongeval en waarschuwt zo nodig de hulpdiensten (politie, brandweer, ziekenwagen). Indien nodig kan hij ook de rijstrook waar je staat, afsluiten voor het verkeer of het tunnelverkeer helemaal stilleggen. Bij een hele grote calamiteit loodst hij je naar de andere, veilige tunnelbuis via een van de dwarsverbindingen.

  • Welke veiligheidsmiddelen zijn er in de Sluiskiltunnel?

    1. Ventilatoren: Het koolmonoxidegehalte, de temperatuur en het zicht in de tunnel worden automatisch gemeten. Overschrijden de gemeten waarden de maximaal toegestane grens, bijvoorbeeld bij een verkeersopstopping, dan gaan de ventilatoren in de tunnel automatisch aan en verdrijven ze de uitlaatgassen. Bij brand blazen ze rook en gassen in de rijrichting weg.
    2. Constante radio-ontvangst: In de tunnel is er constante radio-ontvangst. Hierdoor kun je bij incidenten via de radio berichten ontvangen van de tunneloperator.  In de Sluiskiltunnel kun je Omroep Zeeland, NPO Radio 1, NPO Radio 2, NPO 3FM, NPO Radio 4, Radio Veronica, Radio 538, Sky Radio, Q-Music, BNR Nieuwsradio, Radio 10, GO-FM, VRT Radio 1, VRT Radio 2, MNM en Studio Brussel ontvangen.
    3. 'Alarm-stap-uit’-borden: Bij incidenten, bijvoorbeeld een tunnelbrand, beslist de tunneloperator of automobilisten snel hun auto moeten verlaten en naar de andere tunnelbuis moeten. Zo ja, dan verschijnt op deze alarmborden het signaal 'Alarm-stap-uit'. Volg deze instructie altijd meteen op.
    4. Vluchtdeuren: In totaal heeft de Sluiskiltunnel 6 dwarsverbindingen, elke 250 meter één. In noodsituaties ontgrendelt de tunneloperator de vluchtdeuren van de dwarsverbindingen, zodat je naar de andere tunnelbuis kunt vluchten. In elke dwarsverbinding is een intercom, waarmee je direct met de operator kunt spreken. 
    5. Geluidssignaal: In een noodsituatie wordt in de Sluiskiltunnel tevens de gesproken tekst ‘uitgang hier’ in vier verschillende talen via de luidsprekers boven de vluchtdeuren omgeroepen. Zo vind je snel de dichtstbijzijnde vluchtdeur.
    6. Camera's en omroepsysteem: Verkeersopstoppingen worden tijdig gesignaleerd door het detectiesysteem in het wegdek en camera's. Op basis  daarvan kan de tunneloperator verkeersmaatregelen treffen. Via de matrixborden boven de weg kan hij maximumsnelheden instellen, rijstroken afkruisen en waarschuwen voor personen op de rijbaan. Bij incidenten kan hij via het omroepsysteem de gebruikers waarschuwen.
    7. Hulpposten: In de tunnel is om de 50 meter een hulppost. Open je zo'n hulppost, dan krijgt de tunneloperator in de controlekamer een signaal en treedt de camera bij de hulppost automatisch in werking. Via de intercom in de hulppost kun je direct met de tunneloperator spreken. Verder hangt er een schuimblusser en een brandslang. In de Sluiskiltunnel zijn 52 hulpposten.
  • Hoe zit het met de brandveiligheid van de Sluiskiltunnel?

    Voor tunnels bestaat er in Nederland een standaardnorm die voorschrijft dat een tunnel hittewerende maatregelen heeft, waardoor deze weerstand biedt aan een brand van twee uur met een maximale temperatuur van 1350°C.
    In de betonnen segmenten van de Sluiskiltunnel zijn speciale hittewerende vezels verwerkt. Deze zorgen ervoor dat de Sluikiltunnel een hittewerende werking heeft waardoor de tunnel zijn sterkte bij brand behoudt.

  • Zijn er bij de Sluiskiltunnel ook vaste omleidingsroutes?

    Er is een vaste omleidingsroute over de brug van Sluiskil in geval van afsluiting van de Sluiskiltunnel. Deze zijn aangeduid in westelijke richting middels U65 (richting Hoek / Westerscheldetunnel) en in oostelijke richting middels U64 (richting Terneuzen /Zelzate/Gent).

     

    Deze omleidingsroutes worden ingezet als de tunnel of een tunnelbuis  geblokkeerd is, bijvoorbeeld na een ongeval. Het betreffende U-nummer wordt dan gecommuniceerd en automobilisten kunnen de blauwe borden met het nummer volgen om via de ingestelde omleiding alsnog op de bestemming te komen. 

  • Hoe vaak wordt er onderhoud gepleegd aan de tunnel?

    De Sluiskiltunnel wordt vier maal per jaar afgesloten voor regulier onderhoud.

    De Sluiskiltunnel wordt tijdens een onderhoudsnacht volledig (in beide richtingen) afgesloten. Volg de omleidingsroute via de brug bij Sluiskil.

    De data zijn vooraf bekend. Klik hier voor de onderhoudskalender.

  • Kan elk voertuig gebruikmaken van de tunnel?

    Alle voertuigen die 80 km/u kunnen en mogen rijden, kunnen gebruikmaken van de Sluiskiltunnel. Langzaam verkeer, zoals brommers, fietsers, brommobielen en voetgangers, mogen dus niet door de tunnel rijden, maar gaan via de brug van Sluiskil. 

  • Wat zijn de maximale afmetingen voor voertuigen in de Sluiskiltunnel?

    De maximale breedte en hoogte van een voertuig is 4,3 meter. Voertuigen breder dan 3 meter moeten een vergunning aanvragen bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW). Dit kan online of via 0900-0739 (vanuit het buitenland: +31 598 39 33 30).

  • Hoe kan ik op de hoogte blijven van de beschikbaarheid van de Sluiskiltunnel?

    De beschikbaarheidsinformatie van de Sluiskiltunnel wordt via diverse middelen gecommuniceerd: de website www.westerscheldetunnel.nl, de gratis app voor smartphones ‘WSTVerkeer’ (geschikt voor iOS en Android) en via het twitteraccount WSTVerkeer. Via deze middelen ontvangt  de weggebruiker een open- en dichtmelding als één of beide tunnelbuizen afgesloten is. De beschikbaarheidsinformatie is minder uitgebreid dan bij de Westerscheldetunnel.  Meer informatie hierover leest u bij de vraag ‘Waarom is de beschikbaarheidsinformatie over de Sluiskiltunnel anders dan bij de Westerscheldetunnel?

Bouw Sluiskiltunnel

  • Waarom is de Sluiskiltunnel aangelegd?

    Voordat de Sluiskiltunnel er was, moest het wegverkeer gebruik maken van de brug van Sluiskil om het Kanaal van Gent naar Terneuzen over te steken. Hier ontstonden lange wachttijden voor het wegverkeer. Bovendien namen de  scheepvaartbewegingen op het kanaal steeds verder toe. De brugopeningen zorgen voor lange wachttijden; de brug stond in het verleden gemiddeld vijf uur per dag open. Dit leidde tot extra kosten voor het wegverkeer en de scheepvaart. Het veroorzaakte bovendien economische schade. Ter indicatie: de wachttijd bij de brug zorgde in 2010 voor een economische kostenpost van circa € 5 miljoen. Daarnaast veroorzaakte het sluipverkeer, waaronder ook veel vrachtverkeer, onveilige situaties, hinder en milieuoverlast in de omliggende kernen.

  • Wanneer is besloten tot aanleg van de Sluiskiltunnel?

    De verkeersdoorstroming bij de brug van Sluiskil zorgde al jaren voor overlast, maar als in 2003 de Westerscheldetunnel wordt geopend nemen deze problemen nog meer toe. De Westerscheldetunnel is immers op drie minuten afstand gelegen van de brug. De verkeersstromen in Zeeuws-Vlaanderen veranderen nadat de veerdiensten voor voertuigen zijn verdwenen. Bovendien neemt de verkeersdrukte sinds de opening van de Westerscheldetunnel toe. De veerdiensten zetten in 2003 dagelijks 8.000 voertuigen over. Al snel na de opening van de Westerscheldetunnel neemt dit toe tot 12.000 voertuigen en tegenwoordig passeren per dag gemiddeld 16.000 voertuigen de tolpoorten.Daarnaast neemt ook het vaarverkeer toe, waardoor de brug steeds vaker geopend moet worden om de scheepvaart doorgang te verlenen.

     

    Al tijdens de bouw van de Westerscheldetunnel voorziet de N.V. Westerscheldetunnel dat er problemen zullen ontstaan rondom de verkeersdoorstroming bij de brug van Sluiskil. In 2001 wordt een kerngroep opgericht die zich buigt over een oplossing voor het oponthoud bij de brug bij Sluiskil. De kerngroep bestaat uit afgevaardigden van de Provincie Zeeland, Rijkswaterstaat en de N.V. Westerscheldetunnel. Hun missie: het realiseren van een vlotte Noord-Zuid verbinding met daarin een alternatieve kanaalkruising bij Sluiskil.

     

    Het proces

    De komst van de Westerscheldetunnel brengt perspectief voor de financiering van de Sluiskiltunnel. Want de opbrengsten uit de tolinning kunnen hiervoor worden aangewend. In de tweede helft van 2001 wordt gestart met de businesscase Kanaalkruising Sluiskil. Die wordt aangeboden in het voorjaar van 2002. Vervolgens geeft de minister van Verkeer en Waterstaat het startsein voor een planstudiefase.

     

    In 2003 brengt de Provincie Zeeland de Startnotitie Kanaalkruising Sluiskil uit. Hierin wordt het probleem beschreven en worden mogelijke oplossingen geboden voor het verkeersknelpunt.  De alternatieven voor de brug bij Sluiskil zijn: een nulalternatief (de situatie blijft zoals deze is) een tweede brug ten zuiden van de kern Sluiskil of, het derde alternatief, een tunnel direct ten zuiden van de brug bij Sluiskil. Daarna is een Trajectnota/MER opgesteld, deze is in mei 2005 gereed.

     

    Provincie wordt eigenaar Westerscheldetunnel

    Na een inspraakprocedure volgt normaal gezien het Ontwerp-Tracébesluit (OTB). Dit bevat een gedetailleerde uitwerking van het door de minister bepaalde voorkeursalternatief. Maar op dat moment, we zijn dan inmiddels in 2009, verkoopt het Rijk de aandelen van de Westerscheldetunnel aan Provincie Zeeland. Dit verandert de procedure. De nieuwe weg valt dan onder het provinciaal wegennet. Procedureel betekent dit ook dat de tracéwetprocedure niet meer van toepassing is.

     

    De Provincie Zeeland zal de nieuwe kanaalkruising aanleggen. Er zijn twee alternatieven voor de brug bij Sluiskil: een tweede brug of een tunnel. In 2009 is inmiddels onderzocht welke gevolgen deze alternatieven hebben voor het milieu, de economie, de veiligheid en de ruimtelijke ordening. De uitkomst daarvan is dat een tunnel het meest milieuvriendelijke alternatief is. De officiële projectnaam wordt dan ook Sluiskiltunnel.  De Provincie Zeeland heeft de bouw van de Sluiskiltunnel en alles wat daarbij komt kijken ondergebracht bij de BV Kanaalkruising Sluiskil (BV KKS).

     

    Er wordt een bestemmingsplanprocedure opgestart in 2009 door de gemeente Terneuzen. Het bestemmingsplan wordt officieel vastgesteld in februari 2010. In het bestemmingsplan staat het nieuwe tracé uitgebreid beschreven, zoals de ligging van de tunnel, wegen en kruispunten. Ook staat er in hoe met het landschap, milieu, geluid en de veiligheid in de tunnel wordt omgegaan. Hoewel de impact op het landschap gering is, worden er uiteraard maatregelen genomen om de natuur te compenseren. In oktober 2010 wordt bekendgemaakt dat bouwcombinatie BAM-TBI (CBT) de tunnel gaat bouwen.

  • Wie heeft de Sluiskiltunnel gebouwd?

    De BV Kanaalkruising Sluiskil (BV KKS) heeft van de Provincie Zeeland opdracht gekregen om de Sluiskiltunnel te realiseren. BV KKS is de opdrachtgever van de aannemerscombinatie BAM-TBI (CBT). CBT is een aannemerscombinatie die bestaat uit: BAM Civiel en TBI, die weer bestaat uit Mobilis, Croon en Wayss & Freytag.

     

    CBT heeft veel ervaring met het bouwen van tunnels. Ze bouwden bijvoorbeeld ook de Westerscheldetunnel  en de Hubertustunnel in Den Haag. De bouwcombinatie is een samenstelling van de twee concerns: Koninklijke BAM Groep N.V. en TBI Holding N.V.. Onder de combinatie werken vier bedrijven samen: BAM Civiel, Wayss & Freytag Ingenieurbau, Croon en Mobilis. BAM Civiel en Mobilis zorgen voor het civieltechnische werk, zoals het betonwerk rondom en in de tunnel, de kunstwerken (viaducten, bruggen en dergelijke) en de wegenbouw. Wayss & Freytag Ingenieurbau verzorgt de boorwerkzaamheden. Croon Elektrotechniek doet het installatiewerk.

  • Hoe lang duurde de bouw van de tunnel?

    In oktober 2010 wordt bekendgemaakt dat bouwcombinatie BAM-TBI (CBT) de tunnel gaat bouwen. Op 5 oktober 2011 wordt het officiële startsein voor de bouw gegeven.

     

    Vervolgens start op 27 januari 2013 vanaf de oostkant van het Kanaal van Gent naar Terneuzen met het boorproces. Elke dag werd zo'n 10 meter tunnel gebouwd. Half mei was de eerste buis af. Eenmaal aan de overkant werd de boor gedemonteerd. De boorkop en het graafwiel werden over de brug van Sluiskil teruggebracht naar de startschacht. De volgwagens werden via de tunnel teruggetrokken. Aan de oostzijde is de boor opnieuw opgebouwd. Op 8 augustus ging tunnelboor ‘Boorbara’ van start met de aanleg van de zuidelijke buis. Op 1 november 2013 rondde zij deze klus af en kon de aannemer volop aan de slag met de afbouw van beide tunnelbuizen. Na een intensieve testperiode kon op 23 mei 2015 de Sluiskiltunnel opengesteld worden voor het verkeer. 

  • Hoe is de tunnel aangelegd?

    De Sluiskiltunnel is een geboorde tunnel, net als de Westerscheldetunnel. De tunnel werd geboord met één tunnelboormachine (TBM). Deze machine werd twee keer gebruikt, twee keer van oost naar west. Door de tunnel te boren in plaats van af te zinken ondervond de scheepvaart geen hinder van de werkzaamheden.

  • Wat kostte de aanleg van de Sluiskiltunnel?

    De totale kosten van de verbinding bedroeg circa 300 miljoen euro. De Provincie is voor honderd procent eigenaar van de tunnel. De financiering van de Kanaalkruising Sluiskil is gerealiseerd door bijdragen van de Rijksoverheid, Provincie Zeeland, de gemeente Terneuzen, de Vlaamse Overheid en Zeeland Seaports. Tevens werd een deel van de winstopbrengst uit de tolinning van de N.V. Westerscheldetunnel aangewend voor de bouw van de Sluiskiltunnel.

  • Sinds wanneer is de tunnel in gebruik genomen?

    De tunnel is op zaterdag 23 mei 2015 opengesteld voor het verkeer.

Actuele verkeersinformatie
Your browser does not support SVG